#Plastics
News

Topic within Circular City
Anja Reimann, Project manager , posted

SAVE THE DATE | 10 Okt. - Kans voor ondernemers met duurzame oplossingen

Featured image

Ben je een ondernemer met een duurzaam product of dienst en wil je écht impact maken? Kom dan naar het matchmaking evenement voor het unieke aanbestedingstraject Scale Up Toekomstbestendige kunstgrasvelden van de Gemeente Amsterdam en Haarlem. Elke ondernemer, die bij kan dragen aan innovatieve en duurzame toepassingen op en onder kunstgrasvelden, is welkom!
 
Datum: dinsdag 10 oktober 2023
Tijd: 13.30 – 18.00
Locatie: Johan Cruijff ArenA 
 
Aanmelden
Meld je hier alvast aan als deelnemer van het evenement. Het definitieve programma volgt. 
 
Tijdens dit evenement:

  • Maak je kennis met het project Scale Up Toekomstbestendige kunstgrasvelden;
  • Kom je erachter hoe ook jouw bedrijf hieraan kan bijdragen;
  • Ontmoet je andere ondernemers met dezelfde visie;
  • Word je geïnspireerd en uitgedaagd om out-of-the-box te denken;
  • Vind je de perfecte match om later mee te doen aan de aanbesteding.

Meer informatie
Voor dit evenement zoeken we expliciet bedrijven uit diverse branches, die samen willen werken om het sportveld van de toekomst te ontwikkelen. Kijk hier voor meer informatie over dit project.
 
Disclaimer: Het is niet verplicht om deel te nemen aan het matchmaking event om mee te kunnen doen met de aanbesteding. 
 
Met vriendelijke groet,
Team Scale Up Toekomstbestendige kunstgrasvelden

Anja Reimann's picture #CircularCity
Patricia Hoogland, Programma- en communicatiemanager at Amsterdam Smart City, posted

Demoday #20: Plastic, we love it!

Featured image

Ons plasticverbruik stijgt nog steeds drastisch

Technisch gezien zijn alle oplossingen voorhanden om ons plasticgebruik drastisch te verminderen in zowel productieprocessen en het voorkomen en/of verwijderen van microplastics in de natuur. Toch verandert er in de praktijk bijna niets. Er zijn veel initiatieven, maar de vraag is of die een daadwerkelijk verschil maken, want als we naar de cijfers kijken stijgt ons plasticgebruik nog steeds drastisch. Sinds 2000 is ons plasticverbruik zelfs verdubbeld!

Waarom verandert er zo weinig?

Hoe kan het dat we, ondanks dat we weten hoe slecht het is voor onszelf en het milieu, er niets significant veranderen aan ons plasticgebruik? En wat kunnen we doen om het plasticprobleem nu wél echt aan te pakken in de regio? Deze vragen stonden centraal tijdens de werksessie ‘Plastic, we love it.’ Tijdens de werksessie hebben de aanwezige strategische denkkracht gemobiliseerd om samen tot nieuwe inzichten komen in de keten van plasticgebruik én nieuwe oplossingsrichtingen met elkaar te bedenken.

Gek, gekker, goed!

Als we doorgaan zoals we nu doen, gaat het dus niet lukken. Daar zijn we het met elkaar over eens. Maar hoe dan wel? Om dat met elkaar helder te krijgen, hebben we eerst een aantal echt onrealistische en misschien zelfs wel onethische oplossingen bedacht. En dat hebben we geweten. Van ‘geen kinderen meer krijgen’ tot aan ‘recyclepolitie op de hoek van elke straat’ en het ‘verbieden van alle plastics’ werden geopperd. En probeerden we zelfs daar nog een schepje bovenop te doen. Natuurlijk niet om uit te voeren, maar wel om daarna weer te kunnen komen tot goede ideeën. We hielpen elkaar en werkten elkaars ideeën en oplossingsrichtingen uit tot realistische en goede ideeën.

Waar ligt jouw invloed?

Maar ideeën bedenken is makkelijk, maar de werkelijke uitdaging ligt bij het komen van idee naar plan naar uitvoering. Dus wat je kun zelf doen? Hoe kan ík een werkelijke bijdrage leveren aan het oplossen van dit complexe vraagstuk? Samen met de groep hebben we gekeken naar daar waar onze eigen invloed zit. De groep kwam met mooie concrete ideeën waar we zelf aan mee kunnen werken en aan kunnen jagen. In de top 3 stonden een bewustwordingscampagne, een plastic politie, lobby richting de politiek door bovenregionaal samen te werken en het belonen van goed gedrag. We kijken terug op een mooie werksessie met waardevolle uitkomsten en kijken uit naar het vervolg en natuurlijk vooral naar een echt resultaat: geen plastic meer in de natuur en in ons voedsel.
 
Marten Boels, dank voor het inbrengen van dit relevante en belangrijke onderwerp!

Patricia Hoogland's picture #CircularCity
Henrike Slob, Marketing Communications Lead at Impact Hub Amsterdam, posted

CIRCO | Call for partners

Featured image

Impact Hub Amsterdam is officieel CIRCO Hub van Noord-Holland. Dit betekent dat wij CIRCO Tracks voor MKB’ers gaan organiseren om innovatie binnen diverse circulaire thema’s te versnellen.

Heb jij een suggestie voor een goed thema of onderwerp? Dan komen we graag met jou in contact! Denk aan producten in bijvoorbeeld sectoren als bouw, textiel, plastics en voedsel.

Wil jij voor jouw bedrijf en/of branche een stappenplan en nieuwe visie omtrent circulaire ondernemingskansen ontwikkelen? Neem contact op.

Meer informatie over CIRCO en contactgegevens vind je op onze website > https://bit.ly/CIRCOhub

Circo Hub Noord-Holland is een initiatief van Impact Hub Amsterdam, Circulair WestNoorderwind en Natuur en Milieufederatie Noord-Holland.

Henrike Slob's picture #CircularCity
Anonymous posted

Ready to meet the winners of the No Wast Challenge and their ground-breaking ideas?

Featured image

Ready to meet the winners of the WDCD No Waste Challenge? Earlier this evening, a total of 16 ground-breaking ideas were selected for the top prize, representing a wide range of strategies for reducing waste and its impact on the planet. Each winning team will now gain access to €10.000 in funding and an extensive development programme designed to launch their ideas into action.

“The quality and range of entries we’ve seen in this Challenge is remarkable,” comments Richard van der Laken, co-founder and creative director of What Design Can Do. “In a turbulent year, it’s particularly inspiring to see that the creative community is willing and able to break away from decades of linear thinking and bad design. I’m hopeful that others in the industry will follow their lead.”

Revolutionizing the the taking and making
The winners were determined by an international jury who reviewed every project from a list of 85 high-potential nominees.  Among the ideas to take home the top prize are solutions that focus on the production process – aiming to revolutionise the taking and making of all the things we use and eat. Sustrato (Mexico), for example, combines traditional craft, contemporary design and waste from the pineapple industry to develop a range of sustainable bioplastics. Modern Synthesis (UK) makes use of a similar waste stream, this time from apple farms, to feed microbes that grow fully circular fibers for the fashion industry.

Adressing the underlying problem of consumerism
Meanwhile, other winners are unified by their desire to uproot entire value systems. These projects are looking to prevent waste by addressing the underlying problem of consumerism. Reparar.org (Argentina) for example, is a service which connects individuals to local cobblers and repair shops, working to promote a culture of care and the right-to-repair. Similarly, Project R (Japan), is a community centre that empowers citizens to learn about circular techniques and lifestyles. Together, these winners suggest inventive ways for us to reconcile what we want with what the planet needs. In doing so, they also help to redefine design as a tool that can be restorative and regenerative, instead of merely productive or destructive. Congratulations to all!

ABOUT THE NO WASTE CHALLENGE

What Design Can Do and IKEA Foundation launched the No Waste Challenge in January 2021, calling for bold solutions to address the enormous impact of waste on climate change. The competition was open to innovators everywhere, and offered three design briefs tackling different aspects of our take-make-waste economy. In April, the open call ended with an exceptional 1409 submissions from creatives in more than 100 countries. As part of the No Waste Challenge award package, sixteen winners will now enter a development programme co-created by Impact Hub, which will propel their projects through 2022.

Learn more about the No Waste Challenge at: nowaste.whatdesigncando.com

#CircularCity
Tessa Steenkamp, Spatial Interaction Designer , posted

Stem op De Buitenkans: van grofvuil tot spullen-ruil!

Featured image

De Buitenkans ordent grofvuilstapels, en beschermt spullen tegen de regen. Bewoners kunnen er hun spullen sorteren, tentoonstellen en onderling uitwisselen, voordat deze worden afgevoerd.

Ontwerpprobleem

Op de stoepen van Amsterdam Noord ligt altijd grofvuil. Dit wordt vaak gezien als gedragsprobleem, maar eigenlijk is het meer een ontwerpprobleem. Lokaal eigenaarschap kan namelijk wel: overal staan ruil-boekenkasten, vaak beheerd door bewoners. Hier en daar staat zelfs een rek met gratis mee te nemen kleren, of wordt een bushokje gebruikt om spullen uit te stallen.

Met De Buitenkans passen we dit idee toe op grofvuil ophaalpunten. Bewoners kunnen er spullen sorteren en beschermd uitstallen. De spullen behouden zo langer hun waarde, en worden makkelijker weer meegenomen door buren.

Net als de normale grofvuillocatie wordt De Buitenkans iedere maand geleegd. In de tussentijd worden er spullen en materialen geruild. Bekijk deze korte video, waarin we het concept verder toelichten.

Boost je buurt!

De Buitenkans staat nu in de finale van ‘Boost je Buurt’. Met jou stem kunnen we max €7.500 winnen. Daarmee willen we een prototype bouwen, zodat we kunnen testen of het werkt.

Stem op De Buitenkans - en bouw mee aan een circulaire buurteconomie!
Je kunt t/m 16 juni, 12:00 stemmen.

Note van ASC: Nog input of tips voor Tessa? Laat ze achter in de comments 💬

Tessa Steenkamp's picture #CircularCity
Herman van den Bosch, professor in management development , posted

How plastics became a perfect example of the take-make-waste economy

Featured image

Every year, more than 300 million tons of plastic are produced worldwide, half of which are for single use. Only 10% of all plastics are made from recycled material. Their production contributes to greenhouse gas emissions and plastic waste threats our health.

It could have been otherwise, and it still can as plastics are versatile materials which can be valuable parts of a circular economy.

Unilever leads the way in integrating plastics in a circular economy. Better late than never. The company currently produces 700,000 tons of plastic packaging and it intends reducing this massive quantity by a not-very impressive 100,000 tons in 2025. Moreover, the company wants that all its plastic packaging becomes recyclable, compostable of reusable, and that at least 25% recycled plastic is used in the production of new plastic.

Easier said than done

Recycling is easier said than done. Preventing plastics from entering nature requires a labor-intensive and costly system for collecting and separating waste and technology for high-quality recycling of the collected plastic waste. New machines limit this unattractive work thanks to artificial intelligence. They are able to separate 20 different types of plastics. But consumers must be willing to collect used plastics first.

One of the biggest hurdles in recycling plastics is its pollution, for instance because of added dyes. The Dutch company Ioniqa (now part of Unilever) can chemically reduce PET waste to virgin PET. Large plastic users like Coca-Cola intent to co-operate with Ioniqa. This video shows how chemical recycling works.

Reusable high-quality products

If plastic had been designed for a circular economy from the start, the emphasis would undoubtedly have been on reusable high-quality products, in combination with substantial deposits. Together with Coca-Cola, Proctor & Gamble, Nestlé, Unilever has joined Loop, a platform that develops refillable packaging. Supermarkets that deliver products at home can easily include them in their range. This video shows how the system works.

The ultimate solution

What about using sustainable raw materials like biomass? Unfortunately, biomass from reliable sources is becoming increasingly scarce. Moreover, most bio-based plastics are not biodegradable. If they end up in litter, the effects are as harmful as those of other plastics. Some types of biobased plastics are compostable and might be thrown in the green waste. However, expecting consumers to be able to discern which are and which are not is too much to ask.

Biologically degradable plastics are the ultimate solution. These are biobased materials, which are safely broken down in nature in short time. PHA for example. Unfortunately, years of research have not yet resulted in any viable application.

Ban some types of plastic

A recently opened pilot factory in Almere that cycles plastic waste that otherwise would be burned is a promising step. However, the collection of plastic waste is still inadequate, and a large proportion ends up in nature as visual litter and returns to our food chain as toxic plastic soup. This applies in particular to plastic bags, cups, trays for snacks and soft drinks bottles without a deposit. A ban seems to be the only way-out awaiting a solid system of reuse based on substantial deposits and an advanced system of waste collection and separation and subsequent high-level reuse.

I will regularly share with you ‘snapshots’ of the challenges of us, earthlings, to bring social and ecological cities closer using technology if helpful. These posts represent findings, updates, and supplements of my e-book Humane cities. Always humane. Smart if helpful. The English version of this book can be downloaded for free below.

Herman van den Bosch's picture #CircularCity
Manon Oolders, posted

The Netherlands’ first plastic waste recycling plant is in Almere

Featured image

Green Plastic Factory: a solution for hard to recycle plastic

The Green Plastic Factory in Almere has been officially opened on 29 April 2021. The factory emerged from an innovation partnership between the Municipality of Almere, Save Plastics, a circular company, and the Interreg TRANSFORM-CE project. It is a solution to transform single use plastic from local waste stream into new valuable products. Visit the video of the making-off. 

Why is this a solution for low-grade plastic?

High-grade plastic, familiar to many in the form of PET bottles, is relatively easy to recycle. But about half of all the plastic in the Netherlands is low-grade plastic that consists of various types of plastic that are hard to separate properly and are often very dirty. In the Netherlands, this plastic is usually incinerated. A real shame, says the Municipality of Almere. The town’s Alderman for Sustainability, Jan Hoek, says that “Almere takes the circular economy very seriously and the Municipality plays an active role. In 2018, we started looking for an entrepreneur to start a plastic processing factory in our town. Our idea was that items for the public space could be produced from hard to recycle plastic waste from households in Almere. We could then buy items such as river bank protection, lamp posts and benches and use them in our town. We would then close the loop and create a local circular economy for  plastic waste. We have come a long way and are thrilled that the factory can now be opened.”

How the Municipality and the businesses work together

As part of being the solution to re-use plastic from local waste stream, the Municipality not only supplies the collected materials, but also buys the products that are made from it. This guaranteed procurement is helping get the initiative off the ground and is made possible by a relatively new method of tendering called the Innovation  Partnership. This is a collaboration in which the client and the supplier start collaborating at an early stage without knowing up front what will happen. This tendering process can be used to buy products that are not yet on the market or do not yet meet the required quality standards. It allows the Municipality and businesses to work on innovations, and the products that emerge from the development cycle can then be purchased by the Municipality. The Innovation Partnership includes partners in both the Netherlands and Europe (see below).

The Green Plastic Factory

The Green Plastic Factory, located in an industrial zone called the Vaart in Almere, is a pilot factory that is starting small scale production. The factory is scalable and its capacity can be adapted to meet increasing demand. It is not only used by Save Plastics to manufacture items from recycled plastic, but is also used to process the collected plastic. This dual purpose is new for the recycling industry and it could serve as an example for other cities in the Netherlands and in Europe. Visit saveplastics.nl for Dutch information.

‘Save-tasta’ tiny house at the Floriade

The Green Plastic Factory products will also be displayed at the horticultural expo, the Floriade 2022. They will include benches, decking and fences. There will also be a prototype of the ‘save-tasta’ tiny house. The house symbolises the enormous potential of recycled plastic waste. The modular building blocks for the house are produced in the Green Plastic Factory. The 20 m² prototype contains 7,482 kg of plastic waste. This equates to about five million sandwich bags. By recycling instead of incinerating, 7,419 kg of CO2 emissions are saved. This equates to driving 62,352 km in a car. The prototype can be seen at the Floriade from April 2022.

What is the next step?

In the ideal scenario all stakeholders have a circular mindset: companies, government, educational organizations and residents. The first step is relatively easy: mobilizing the frontrunners. The next step is going to be harder: mobilizing the masses.

What can other cities learn from your project?

We make the circular and upcycling process visible and tangible. Our initiative thrives on the collaboration with education and circular entrepreneurs - together, we take steps towards a circular future.

Who initiated the project and which organizations are involved?

The Green Plastic Factory in Almere is an initiative of the Municipality of Almere and is supported by Dutch project partners – the Province of Flevoland, Cirwinn and the Utrecht University of Applied Science – and European project partners. The latter partners are members of the TRANSFORM-CE project of the Interreg North West Europe programme that is part of the European Regional Development Fund (EFRD).

More information?

For interviews, tours or technical questions, please contact Bram Peters, Director of Save Plastics on +31 (0)6 53 15 29 26 or at bram@saveplastics.nl

For more information about the project and the role of the municipality of Almere, please contact Johan Luiks, jluiks@almere.nl

Follow us on linked-in and twitter @transform_ce

#CircularCity
Anonymous posted

Circulair Paviljoen maakt zich klaar voor de Floriade

Featured image

Circulair + Local maakt Circuloco en is een uniek samenwerkingsverband van gelijkgestemde ondernemers. Echte mouwopstropers die het publiek hun trots willen tonen. Doeners die samen een circulair clubhuis gaan bouwen en dit een waardevolle invulling gaan geven tijdens de zes maanden durende Floriade. Circuloco is een afspiegeling van lokaal, creatief en circulair ondernemerschap.

Circulair paviljoen
Het paviljoen ademt het circulaire verhaal. Zowel in uitstraling als in beleving. Materialen die vaak als afval worden beschouwd, krijgen hier een tweede leven. Bovendien wordt het pand volledig demontabel en modulair. Na de Floriade kan het eenvoudig op een andere plek worden opgebouwd. Daarmee draagt het paviljoen bij aan het circulaire karakter van de Floriade.

De trots van lokaal, de kracht van nationaal
Circuloco is een lokaal initiatief, maar wordt een Nederlands feestje. Een showroom als motor voor nationale trots, met een sterke oriëntatie op de Metropoolregio Amsterdam en Almere in het bijzonder. De kracht van het concept is dat het gedragen wordt door vele schouders met een schat aan ervaring, energie en enthousiasme.

O p e n h u i s
Circuloco is een plek voor iedereen. Jouw eigen huis en werkplaats. Want doe je mee, dan is het paviljoen voor een deel van jou. Een open podium waarop je zelf je rol kunt pakken. Je draagt eraan bij en je plukt er de vruchten van. Circuloco is zodanig opgezet dat het ‘plug-and-play’ is, je kunt makkelijk inprikken en meedraaien. Ook is het ‘open source’, transparant in hoe de business en operatie gedraaid wordt.

Denk met ons mee!
Wil je meedenken over de invulling van Circuloco? Aanvullende en nieuwe creatieve ideeën zijn van harte welkom. Laat een berichtje achter in de comments.

#CircularCity
Jochem Kootstra, Lecturer at Amsterdam University of Applied Sciences, posted

We zijn nog niet zo goed in afval scheiden

De HvA start project BASSTA naar gedragsinterventies om huishoudens ervan bewust maken of ze op de juiste manier hun afval weggooien en hoe dit te verbeteren.

Chipszakken bij plastic afval, theezakjes bij gft? Afval scheiden wordt niet altijd op goede wijze gedaan, en überhaupt nog te weinig. Dat is zonde, want goed gescheiden afval biedt kansen voor recycling en andere circulaire toepassingen. De Hogeschool van Amsterdam (HvA) start met het project BASSTA een onderzoek naar het verbeteren van het scheidingsgedrag van huishoudens, met een focus op de stedelijke omgeving.

Afval scheiden

We willen in 2050 volledig circulair zijn. Voor de transitie naar een circulaire economie moet het afval dat ontstaat goed herbruikbaar zijn als grondstof voor nieuwe producten. Een goede scheiding van het afval is een belangrijke voorwaarde hiervoor. Met ongeveer 8 miljard kilo huishoudelijk afval per jaar in Nederland zorgt elk percentage betere scheiding voor enorme resultaten. BASSTA behandelt daarom zowel het verhogen van de scheidingsgraad (de hoeveelheid afval die gescheiden wordt), als het verlagen van de vervuiling van de gescheiden afvalfracties (papier, gft, plastic). Om dat te realiseren, is gedragsverandering nodig.

Automatisch gedrag onder de loep

Mensen gooien hun afval vaak op dezelfde, veelal onbewuste manier weg. BASSTA richt zich daarom op dit automatisch gedrag, vertelt projectleider Maarten Mulder. ‘Door het automatisch gedrag onder de loep te nemen, vormt dit project een belangrijke aanvulling op het bestaande onderzoek naar gedragsinterventies. De nieuwe interventies die het onderzoek opleveren, moeten helpen om het gewoontegedrag te onderbreken en huishoudens ervan bewust maken of ze op de juiste manier hun afval weggooien. Ook voor de mensen die nu nog niet (graag) afval scheiden. Met een duidelijke uitleg hoe en waarom deze interventies werken, is het streven dat zoveel mogelijk Nederlandse stedelijke gemeenten hiermee aan de slag gaan. Zo kunnen ze betere bronscheiding realiseren.’

Dagboek van huishoudens

De interventies worden ontworpen en getest in nauwe samenwerking tussen industrieel ontwerpers en gedragspsychologen van de HvA. Mulder: ‘Middels dagboekstudies bij bewoners thuis analyseren we op welke momenten het automatisch gedrag veranderd kan worden. In de zomer verwachten we de resultaten. Hiermee kunnen we de ‘customer journey’ schetsen: het in detail weergeven van het proces van afval weggooien. Vervolgens ontwerpen we de gedragsinterventies die we gaan testen in verschillende steden. Dat zal begin 2022 gaan gebeuren.’

Samenwerking binnen de HvA

BASSTA is een samenwerkingsproject van Centres of Expertise Urban Technology en Urban Governance and Social Innovation. De verbonden lectoraten Circulair ontwerpen en ondernemen & Psychologie voor een Duurzame Stad onderzoeken en ontwikkelen innovaties om tot een circulaire economie en maatschappij te komen.

Diverse praktijkpartners zijn bij het onderzoek van belang en betrokken. Gemeenten zoals Amsterdam, Rotterdam en Utrecht zijn aangesloten om met bewoners de interventies te testen. Ook helpen stuurgroepen als Rijkswaterstaat en branchevereniging NVRD het onderzoek verder. Daarnaast brengen ROVA, De Afvalspiegel en Giraf Results expertise in rondom afvalinzameling, en verspreiden Milieu Centraal en VVM de resultaten.

Heb je vragen of wil je meer weten? Benader projectleider Maarten Mulder. En blijf via de projectpagina van BASSTA op de hoogte van de ontwikkelingen.

dhr.  Ir. M. Mulder

Projectleider en onderzoeker rondom afval, duurzaamheid en de circulaire economie
m.mulder3@hva.nl | T: 0611391085
Ga naar detailpagina

Meer informatie

Jochem Kootstra's picture #CircularCity
Mathieu Dasnois, Communications Manager at Metabolic, posted

Recycling, downcycling and the need for a circular economy

Featured image

What happens to the plastic and paper that you’ve carefully sorted into separate bins?

Many of the products we recycle today are essentially downcycled. While this generally helps to preserve the life of raw materials and some of the value that went into creating them, there might be better ways to do it.

Find out more about the nuances between recycling, downcycling, and a truly circular economy, in this article.

Mathieu Dasnois's picture #CircularCity
Eline Meijer, Communication Specialist , posted

Metropolitan Mobility Podcast met Maurits van Hövell: van walkietalkies naar het Operationeel Mobiliteitscentrum

Featured image

“Voorheen werd er gewoon rondgebeld: ‘Wij zitten in de instroom van de ArenA. We hebben nu 20.000 man binnen. Hoe gaat het bij jullie op straat?’” In de achtste aflevering van de serie A Radical Redesign for Amsterdam, spreken Carin ten Hage en Geert Kloppenburg met Maurits van Hövell (Johan Cruijff ArenA). Hoe houdt je een wijk met de drie grootste evenementenlocaties van het land, bereikbaar en veilig? Ze spreken elkaar in het Operationeel Mobiliteitscentrum over de rol van de stad Amsterdam, data delen en het houden van regie. A Radical Redesign for Amsterdam wordt gemaakt in opdracht van de Gemeente Amsterdam.

Luister de podcast hier: http://bit.ly/mvhovell

Eline Meijer's picture #DigitalCity
Dimitri Bak, Strategic Communication Advisor at City of Amsterdam, posted

Amsterdam: circulaire stad in 2050

Featured image

Amsterdam: circulaire stad in 2050

Ondanks de coronacrisis zijn tal van bedrijven in regio Amsterdam bezig met circulaire projecten, business cases en onderzoeken. Net als de gemeente Amsterdam streven zij naar een circulaire stad in 2050.

Benieuwd? Bekijk de video Amsterdam: circulaire stad in 2050. Voor meer informatie kun je ook kijken op de CACR pagina of op amsterdam.nl/circulair.

Dimitri Bak's picture #CircularCity
Jochem Kootstra, Lecturer at Amsterdam University of Applied Sciences, posted

Kate Raworth en Inge Oskam in gesprek over de circulaire economie

Brits econoom Kate Raworth (HvA Professor of Practice), bekend van de Donuteconomie, en lector Circulair ontwerpen en ondernemen Inge Oskam (HvA Centre of Expertise Urban Technology) interviewen elkaar over de circulaire economie, Donutstad Amsterdam en systeemverandering op regionaal niveau. ‘We moeten multinationals in de grootste circulaire stad Amsterdam bij elkaar krijgen en vragen: wil je bij de stad blijven horen, hoe ga je dan bijdragen aan onze circulaire doelstellingen? Amsterdam kan de éérste stad te zijn die dit doet. Meer zullen volgen.’

KR: Nederland heeft hoge ambities: In 2030 de helft minder verbruik van grondstoffen, in 2050 moeten jullie volledig circulair zijn (Grondstoffenakkoord van 2017). In hoeverre drijven deze kaders en grenzen innovatie in Amsterdam?

IO: Ik zie het akkoord en de doelstellingen als heilige graal, waar de organisaties die eraan meedoen motivatie en ambitie uit putten. 180 partijen ondertekenden het Grondstoffenakkoord. Van kennisinstellingen tot gemeenten en particuliere bedrijven. De regering en gemeenten namen het akkoord over als beleid, bedrijven en ondernemers als doelstelling. Alle stakeholders voelden de noodzaak om deze richting op te gaan.

KR: Ik ken geen ander land die circulaire ambities zo integreert in beleid als Nederland.

IO: Dat heeft denk ik te maken met ons welbekende ‘poldermodel’; we willen vaak rekening houden met iedereen. Daarnaast hebben we in Nederland een grote creatieve industrie die kundig is in het schetsen van toekomstscenario's, altijd met inachtneming van duurzaamheid. Dat zit in ons dna, kun je misschien wel zeggen. Die Nederlandse mentaliteit en het gedeelde begrip zorgen er volgens mij voor dat we collectief ons best willen doen. En dat terwijl niemand echt weet wat de circulaire economie en een afvalloos 2050 omvat.

KR: Ook weinig mensen weten goed uit te leggen wat de Donuteconomie inhoudt, haha. Het is een model dat door verschillende organisaties omarmd wordt, maar waar vaak nog concrete invulling aan gegeven moet worden.

Kate Raworth beschrijft in haar boek 'Donuteconomie' een economisch model waarin de ecologische grenzen van de aarde worden gerespecteerd. Zij gebruikt een donut om de balans tussen sociale voorspoed van mensen (de binnenste ring) en het tegengaan van aantasting van het klimaat (de buitenste ring) weer te geven. Voor het welzijn van mens en natuur is het belangrijk dat de juiste balans (de donut) wordt gevonden. In samenwerking met de gemeente Amsterdam ontwikkelde zij de Stadsdonut voor Amsterdam. Hierin wordt de stad bekeken vanuit vier perspectieven: sociaal, ecologisch, lokaal en mondiaal.

Donutmodel

IO: Maar het Donutmodel biedt wel handvatten voor de transitie naar een circulaire economie. Het helpt je te kijken naar álle waarden die binnen een circulaire economie belangrijk zijn: zowel ecologische als economische en sociale waarde. Dat laatste wordt nog wel eens vergeten. Waar het Nederlandse beleid focust op materialen, gebouwen, infrastructuur, combineert gemeente Amsterdam, met haar Stadsdonut voor Amsterdam, dat met de sociale waarden; het gehele systeem. Zij betrekken alle stakeholders die daarvoor nodig zijn.

Wat voor mogelijkheden zie jij voor de circulaire economie op regionaal- of stadsniveau, zoals de toepassing van Stadsdonut voor Amsterdam?

KR: Amsterdam heeft een enorm bereik en vele mogelijkheden. Kijken we naar de multinationals, dan willen ze allemaal een winkel in Amsterdam hebben. Van Zara tot Apple. En als stad met een duidelijke circulaire strategie, indrukwekkende regelgeving en integriteit, dan denk ik dat je sneller een open gesprek kan voeren met de grote merken in de belangrijkste winkelstraten. Nodig de multinationals uit, wijs ze op het Grondstoffenakkoord en vraag ze hoe zij denken bij te dragen aan het collectieve belang. Hoeveel kleding of elektronica verkoop je, waar gaat het plastic heen, wat doe je met reststromen?

Ik heb het vaak over twee verschillende visies van circulariteit die zich kunnen voordoen. Een is wat ik noem siloed circularity, waarin individuele bedrijven zelf de producten of materialen terugnemen, repareren en hergebruiken. Dan houd je een gesloten kringloop, waarin bestuur en productie uitsluitend intern opereren. De ander is een circulair ecosysteem, een transparante markt met gezamenlijke waarden. Waarin we onderling data delen over wat voor materialen er zijn, waar die zich bevinden, wat er binnenkomt en uitgaat. Het verschil zit dus in de structuur: intern handelen tegenover een samenwerkend ecosysteem. Amsterdam, als eerste stad met duidelijk gedocumenteerde circulaire ambities, heeft de kracht om competitieve bedrijven bij elkaar te krijgen om richting een circulair ecosysteem te bewegen.

Maar één stad alleen gaat niet dé reden zijn om circulaire doelstellingen door te zetten in de honderden andere steden waar zij hun winkel hebben staan. Maar, je gaat wel de éérste stad zijn die deze vraag stelt. En als ze slim zijn, dan weten ze dat andere steden er ook naar gaan vragen.

IO: In Nederland zijn we net begonnen met het voeren van deze gesprekken met en tussen de bedrijven. En alhoewel ons nationale beleid een goede ontwikkeling is, denk ik dat de regelgevingen soms ook in de weg staan. Er is onderzoek gaande tussen steden om inzichten te krijgen in wat voor regelgeving beperkend werkt, denk aan bepaalde grondstoffen of materialen die een officieel label ‘afval’ krijgen waardoor je het niet meer als bron mag gebruiken, en hoe de huidige regelgeving zo aan te passen dat het juist stimuleert. Het zit nu nog soms samenwerking en daarmee algehele systeemverandering in de weg. We zitten echt nog in de voorontwikkelingsfase van de circulaire transitie.

KR: Vertel eens, van wat voor circulaire initiatieven in jouw omgeving word jij enthousiast en waar liggen kansen?

Ik zie kansen in overstappen van producteigendom naar materiaaleigendom binnen de circulaire economie. Een shift van siloed circulairty-bedrijven die hun eigen gemaakte producten terugnemen en daar nieuwe producten van maken, met de kans dat bepaalde materialen verloren gaan; naar specialistische bedrijven die nadenken over de levenscyclus van een materiaal en de meerdere toepassingsmogelijkheden in de cyclus. Dat creëert nieuwe businessmodellen en compleet nieuwe bedrijven. Zij moeten samenwerkingsverbanden aangaan met een variëteit aan producenten door ze als het ware materialen te leasen.

KR: Met wat voor materialen zie je dit de komende jaren gebeuren?

IO: Begin met materialen die erg schaars zijn. En materialen waarmee de waarde behouden kan worden, zoals hout en metaal. Materialen die meerdere levens kunnen hebben en waarvoor minder werk nodig is om dat te realiseren.

Daarnaast word ik enthousiast van de groeiende hoeveelheid initiatieven van ontwerpers en kunstenaars die nieuwe dingen maken van gebruikte materialen. En de nieuwe manieren waarop verkooppunten deze producten op de markt kunnen brengen. Hun verhalen vind ik interessant en zijn essentieel voor de transitie naar een circulaire economie. Ze kunnen iets vertellen over de herkomst van het nieuwe product. Dat creëert bewustzijn over de waarde van afval bij consumenten. Betrek daarom de burgers en consumenten, zij moeten andere producten willen en daar naar vragen. Maak ze onderdeel van de circulaire doelstellingen van de stad, bedrijven en andere organisaties.

KR: Gerelateerd aan verhalen over hergebruikte producten, denk ik ook dat de circulaire economie een zeer creatieve kan zijn. Kijk naar de vele restaurants of koffiezaakjes die vroeger een fietsenwinkel waren, mensen houden van nieuwe bestemmingen voor afgedankte maar waardevolle producten en materialen. De witty ways waarop ze de herkenbare, historische lagen in de nieuwe zaak zichtbaar houden, zoals een oude houtstructuur of fietselementen. Net als een oud kledingstuk van je moeder waarvan jij een rok hebt gemaakt. We houden van die speelsheid en verhalen. Daar liggen kansen!

Ik word nu met name enthousiast om in Amsterdam een ‘Dialogue Day’ te beginnen! Breng alle grote bedrijven bij elkaar, van supermarkten tot kledingwinkels. We heten je welkom in onze stad met een winkel, maar vertel: wat ga jij doen om kracht achter de circulaire transitie en onze doelstellingen te zetten, zodat je bij de stad kan blijven horen? Ik denk dat dat een zeer krachtige boodschap is.

IO: Ik denk dat het heel interessant is om dat met meerdere steden samen te doen, die bijvoorbeeld ook het Donutmodel gebruiken.

KR: Topidee! Ik wil graag hun verhalen horen. Dus breng internationale bedrijven in die steden samen om in gesprek te gaan over wat zij gaan bijdragen. Hoe zij willen ‘transformeren’ om onderdeel uit te maken van onze collectieve circulaire reis. Van Amsterdam tot Kopenhagen, Brussel, Nanaimo, Californië. Zij beginnen net met ontzettend mooie initiatieven.

IO: Dat zou fantastisch zijn. Laten we uitzoeken hoe we dat kunnen realiseren!

HvA & de Week van de Circulaire Economie

Hoe versnellen we de circulaire transitie? In het kader van de Week van de Circulaire Economie  staan lectoraat Circulair ontwerpen en ondernemen en de Digital Production Research Group van Centre of Expertise Urban Technology en Faculteit Techniek in het teken van een andere kijk op produceren én consumeren. Dagelijks licht de HvA onderzoeken, masterclasses en studentenprojecten uit die de transitie naar circulaire steden een boost geven.

Twitter, LinkedIn & Facebook

Jochem Kootstra's picture #CircularCity
Jochem Kootstra, Lecturer at Amsterdam University of Applied Sciences, posted

Zo geef je afval een nieuw leven

Video over Repurpose en circulaire economie: gebruikte producten, materialen en onderdelen een nieuwe bestemming geven

Oude kantoorkasten en gebruikte stoffen van een tentoonstelling uit het Rijksmuseum. Stuk voor stuk producten of materialen die in onze circulaire economie te waardevol zijn om weg te gooien na gebruik. We kunnen ze namelijk een herbestemming geven (Repurpose). Alleen, hoe maak je er een nieuw waardevol product van? Onderzoekers, afstudeerders en partners van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) maken je in de video bekend met de mogelijkheden van Repurpose-toepassingen, en vertellen meer over de impact en noodzaak van de circulaire techniek. ‘Als we in 2050 echt volledig circulair willen gaan, dan ontkom je er niet aan Repurpose in te zetten’.

Bekijk de video hier!

De HvA onderzoekt binnen het project Repurpose Driven Design & Manufacturing nieuwe ontwerp-, productie- en businessmodelstrategieën voor Repurpose-toepassingen. Daarvoor zetten zij ook afstudeerders en studenten van de leerroute ‘Product Ontwerpen’ in, die samen met partners in de praktijk aan de slag gaan. Het onderzoek is verbonden aan het lectoraat Circulair ontwerpen en ondernemen, waarin de circulaire transitie centraal staat.

HvA & Week vd Circulaire Economie

HvA & de Week van de Circulaire Economie

Hoe versnellen we de circulaire transitie? In het kader van de Week van de Circulaire Economie staat lectoraat Circulair ontwerpen en ondernemen van het Centre of Expertise Urban Technology van de Faculteit Techniek in het teken van een andere kijk op produceren én consumeren. Dagelijks licht de HvA onderzoeken, masterclasses en studentenprojecten uit die de transitie naar circulaire steden een boost geven.

Twitter & Facebook

Jochem Kootstra's picture #CircularCity
Jochem Kootstra, Lecturer at Amsterdam University of Applied Sciences, posted

'Rethink' de verpakkingscultuur

Hoe kunnen we product-verpakkingscombinaties verduurzamen? 'We moeten vraagtekens zetten bij het gehele ontwerp- en productieproces', aldus Nikki Groote Schaarsberg, HvA-onderzoeker Duurzaam verpakken

Paaseitjes zonder aluminiumfolie, worsten in een glazen behuizing in plaats van plastic. Het klinkt nu nog vreemd, maar veel traditionele product-verpakkingscombinaties kunnen en moeten op de schop voor een duurzame, circulaire economie. Als het aan projectgroep ‘Duurzaam verpakken’ van de Hogeschool van Amsterdam (HvA) ligt. Zij doet daar samen met bedrijfspartners onderzoek naar, en dat begint al bij de vraag: ‘hebben we überhaupt verpakking nodig?’

Duurzaam verpakken pindarotsjes

‘Eigenlijk wil je met zo min mogelijk materialen en grondstoffen zoveel mogelijk waarde creëren en die waarde behouden over de hele levenscyclus van het product’, vertelt onderzoeker en projectleider Nikki Groote Schaarsberg. ‘Daar hoeft niet altijd verpakkingsmateriaal aan te pas te komen. Soms heeft verpakking een esthetische waarde, maar vind de gebruiker dat wel altijd belangrijk? Wat wij belangrijk vinden is eerst de vraag te stellen: wat willen de eindgebruikers, en hoe kunnen we ze in die behoefte zo duurzaam mogelijk voorzien? Wij gaan met bedrijven daarom niet alleen aan de slag duurzamere verpakkingen te ontwerpen, maar vooral om vraagtekens te zetten bij het gehele ontwerp- en productieproces. ‘Rethink’ noemen we dat binnen de circulaire economie.’


Op welke gebieden zijn ontwerpregels nodig? Een schets van Nikki Groote Schaarsberg (HvA)

RETHINK

Rethink is een strategie op de R-ladder, die de mate van circulariteit meet. Hoe hoger een strategie op deze lijst (ladder) van circulariteitsstrategieën staat, hoe circulairder die is. De trap gaat van R1 (Refuse/Rethink) tot en met R6 (Recycle/Recover).

’Bedrijven die duurzamer willen ontwerpen en ondernemen hanteren vaak recycling als circulariteitsstrategie, die laag op de ladder staat. Maar liefst 80% van de duurzame ondernemers. Dat is een goede stap hoor, maar ik vraag me dan wel af: is dat het hoogst haalbare? Bij duurzaam verpakken wordt vaak over recyclebare materialen gesproken om een product zowel duurzaam als veilig of gezond bij je thuis te brengen; welk dopje, welk label, plastic of karton? Maar dan behandel je symptomen van een probleem - low hanging fruit - en pak je niet het begin van het probleem aan.’

KETEN- EN SYSTEEMBENADERING NODIG

‘Daar is een keten- en systeembenadering voor nodig. Van ontwerp tot productie, transport en verkoop. Zo wil HEMA misschien wel paaseitjes zonder aluminiumfolie in hun schappen, maar dan moet de producent De Chocoladefabriek daar ook wat in zien. We zouden prima zonder die folie kunnen. Kan je dan melk en puur niet meer uit elkaar halen? Dan produceer je de chocolade toch op een manier waardoor dit op de chocolade zelf duidelijk wordt? Daar liggen ook kansen!’

‘Wij gaan met de stakeholders om tafel om de gehele keten bloot te leggen. Wij interviewen de bedrijven om hun duurzaamheidsvisie te leren kennen, zoeken verbinding en achterhalen samen in welke fases binnen de ketensamenwerking uitdagingen en kansen liggen. Daarnaast helpen wij ze beseffen dat circulair ontwerpen en ondernemen ook winstgevend kan zijn, en helpen ze verder te denken dan bijvoorbeeld recycling met een langetermijnvisie. Dat doen we inmiddels binnen diverse sectoren: food, cosmetica, tuinbranche en luchtvaart.’


Verpakkingsoplossingen voor KLM door HvA-studenten ‘Wereld van Verpakken’

STUDENTEN BIEDEN DUURZAME PRODUCT-VERPAKKINGSCOMBINATIES

‘Binnen de luchtvaart zien we duidelijk de behoefte van twee gebruikersgroepen veranderen: passagiers en crewleden. Passagiers willen goed kunnen eten tijdens intercontinentale vluchten. De crew wil bij passagiers graag de juiste customer experience realiseren bij het uitserveren van maaltijden vanuit de pantry (keuken) en het organiseren van de retourstroom naar en in de pantry (en daarna). DE STER, producent van maaltijdoplossingen voor luchtvaartmaatschappijen, vroeg ons om een product-service-system dat past in de circulaire economie en dat de service tijdens een vlucht menselijker en warmer maakt.’

‘Onze studenten ‘Wereld van Verpakken’ zijn aan de slag gegaan met verpakkingsoplossingen. Zo kwamen zij met duurzame materialen als bamboe en PET en verpakkingen die ruimte besparen, efficiënt in elkaar zitten en een huiselijke sfeer creëren. Het is mooi om te zien dat zij ‘Rethink’ volledig omarmen en onze methoden en ontwerpregels gebruiken om aan de slag te gaan met mogelijke oplossingsrichtingen voor duurzaam verpakken: eerst de problemen en behoeften blootleggen van alle stakeholders - van passagiers tot crewleden en producten -, zelfs nog meer vragen stellen dan wij ze geven en dan zo duurzaam mogelijk ontwerpen. Ze zijn de circulaire professionals van de toekomst!’

De week van de circulaire economie & HvA

HvA & de Week van de Circulaire Economie

Hoe versnellen we de circulaire transitie? In het kader van de Week van de Circulaire Economie staat lectoraat Circulair ontwerpen en ondernemen van het Centre of Expertise Urban Technology van de Faculteit Techniek in het teken van een andere kijk op produceren én consumeren. Dagelijks licht de HvA onderzoeken, masterclasses en studentenprojecten uit die de transitie naar circulaire steden een boost geven.

Jochem Kootstra's picture #CircularCity
Jochem Kootstra, Lecturer at Amsterdam University of Applied Sciences, posted

'Weg met de wegwerpmentaliteit'

Wat is er nodig om de circulaire transitie te versnellen? Een andere kijk op produceren en consumeren is cruciaal, vertelt Inge Oskam, HvA-lector Circulair ontwerpen en ondernemen

De Nederlandse economie moet in 2050 volledig draaien op herbruikbare grondstoffen, is de ambitie. Dat vraagt van consumenten om een shift van ‘bezit naar gebruik’. En van producenten vraagt het een omslag in de visie op afval. Want deze restmaterialen zijn te gebruiken voor nieuwe, waardevolle producten. Zeker als bedrijven vaker samenwerken, waarbij het afval van de één de grondstof is in het productieproces van een ander bedrijf. ‘Gezamenlijk een nieuw businessmodel realiseren is de weg naar systeemverandering en een circulaire wereld’.

Circulaire economie

‘Ik werk thuis aan een bureau van Ahrend, dat gerefurbished is; samengesteld uit herbruikbare onderdelen van oude bureaus’, vertelt Inge Oskam, lector Circulair ontwerpen en ondernemen aan de Hogeschool van Amsterdam (HvA). Ahrend ontwikkelt duurzame producten voor de werkomgeving. Het is een van de partners waarmee de HvA de waarde van oude materialen en grondstoffen onderzoekt en deze toepast in nieuwe producten. ‘Zij zijn daar succesvol in omdat ze een circulair businessmodel hebben, met een duidelijke waardepropositie: de verbinding tussen ecologische, economische en sociale waarde. En de verbinding tussen producent en consument. De gebruiker moet natuurlijk ook circulair willen.’

Oskam pleit daarom voor een herijking van ons economisch systeem en voor nieuwe businessmodellen die niet alleen duurzaamheid en circulariteit centraal zetten, maar ook sociale waarde nastreven. ‘Dat vereist meer samenwerking, van ondernemers tot samenleving’, verklaart Oskam. ‘Een algehele systeemverandering.’

Ecologische, economische en sociale waarde

‘In het onderzoek naar de circulaire transitie bij de HvA denken we vanuit de waarde van een restmateriaal; hoe we dat opnieuw kunnen inzetten voor andere producten en doeleinden. Zo maken we van oude plastic ArenA-stoeltjes designstoelen en van afvalhout nieuwe interieurproducten. Dat levert duidelijk ecologische waarde op. Je hebt geen nieuwe grondstoffen nodig. Daarnaast creëer je economische waarde, omdat je een nieuw, aantrekkelijk product op de markt brengt. En waar je misschien wel een nieuwe doelgroep mee aanspreekt. Tenslotte ontwikkel je sociale waarde, door bewustzijn te creëren bij de gebruiker over circulariteit en duurzaamheid. Vertel iets over de herkomst van het product. Bij de nieuwe designstoelen, gemaakt van oude ArenA-stoeltjes, was sprake van een grote emotionele waarde voor de nieuwe eigenaren.’

Studenten experimenteren bij partners

‘HvA-studenten ‘Engineering’, ‘Technische bedrijfskunde’ en ‘Product ontwerpen’ zetten zich in bij partners als Ahrend en Bugaboo (producent kinderwagens) om casestudies te doen. Samen met onze onderzoekers helpen zij de bedrijven om vanuit een restmateriaal te denken en tot een nieuwe waardepropositie te komen: wat voor waarde zit er in het materiaal, wat voor toepassingen kunnen we ermee realiseren, hoe ontwerp je daarmee en hoe breng je het op de markt? Samen doen we onderzoek naar het ontwerpproces, creëren we nieuwe producten uit de restmaterialen om tastbaar te maken wat er mogelijk is. Ook ontwikkelen we nieuwe, circulaire businessmodellen.’

Samenwerking voor systeemverandering

Logischerwijs wil je reststromen van producten en materialen nieuwe waarde geven binnen je eigen sector. Zoals partner Bugaboo oude onderdelen of materialen van een kinderwagen wil inzetten voor nieuwe producten voor ouders en kinderen. Of partner Ahrend die reststromen van kantoorproducten hergebruiken voor de werkomgeving. Maar dat kan niet altijd. Wat nou als je reststromen hebt waar lokale makers en ontwerpers maar al te graag mee willen werken? Oskam: ‘Die verbinding maken tussen stakeholders, daar ligt een enorme kans waarmee systeemverandering gerealiseerd kan worden; een gezamenlijk businessmodel tussen en voor meerdere bedrijven.’

‘Een netwerk kan zijn: afvalbedrijven, gemeente, lokale makers, ontwerpers, producenten, verkopers én consumenten en bewoners. Stel, de consument brengt reststromen afval bij de gemeente of ander centraal punt. Die kan vervolgens werken met lokale ontwerpers en makers om het een nieuw leven te geven. Verkoop kan daarna mogelijk plaatsvinden via andere kanalen dan gebruikelijk. Omdat er ook een nieuwe doelgroep aangesproken moet worden.’

Van bezit naar gebruik

Gezien vanuit consumenten vraagt de transitie om een andere kijk op eigendom; een shift van ‘bezit naar gebruik’, zoals abonnementen of P**roduct-as-a-Service (PaaS). ‘Straks zien we veel meer deelauto’s en huren we elektronische producten’, verklaart Oskam. ‘Is er iets mis met je ‘gehuurde’ speaker en kun je het niet maken? Dan belandt het niet meer in de afvalbak, maar stuur je het terug naar de fabrikant voor reparatie of een nodige software-update. Of producten worden na een verhuurperiode door de producent (als eigenaar) gerecycled of gerefurbished en opnieuw in de markt gezet. We moeten af van de wegwerpmentaliteit.’

‘Er komen veel nieuwe schakelpunten bij kijken om kracht te zetten achter dit soort nieuwe services en samenwerkingen. Het is niet makkelijk, maar wel essentieel. Gezamenlijk, van bedrijven tot gebruikers, een nieuw, circulair businessmodel realiseren is de weg naar systeemverandering en een circulaire wereld.’

HvA week van de circulaire economie

HvA & de Week van de Circulaire Economie

Hoe versnellen we de circulaire transitie? In het kader van de Week van de Circulaire Economie  staat lectoraat Circulair ontwerpen en ondernemen van het Centre of Expertise Urban Technology van de Faculteit Techniek in het teken van een andere kijk op produceren én consumeren. Dagelijks licht de HvA onderzoeken, masterclasses en studentenprojecten uit die de transitie naar circulaire steden een boost geven.

Jochem Kootstra's picture #CircularCity
Communication Alliance for a Circular Region (CACR), posted

100,000 companies residual waste-free by 2025

Featured image

Scroll down for the English version

Seenons zamelt met datagedreven logistiek stromen gescheiden in

De circulaire economie wordt het nieuwe normaal. En data zijn de zuurstof van dat nieuwe normaal. In de Metropool Amsterdam werken tal van organisaties al hard aan circulaire initiatieven waarbij data een belangrijke rol speelt. Zo ook Seenons, dat bedrijven helpt bij duurzame afvalscheiding en -inzameling. ‘Wij willen de weeffouten uit het systeem halen.’

Echt eigentijds is de huidige afvaldienstverlening voor bedrijven niet. Grote wagens rijden op door hen bepaalde tijdstippen door onze straten. Het merendeel van het afval wordt verbrand. En los van papier en glas is het vrij ingewikkeld om aparte afvalstromen in te zamelen en op te laten halen. ‘Ik viel van de ene in de andere verbazing toen ik me in deze wereld ging verdiepen’, vertelt Jorn Eiting van Liempt, eigenaar van Seenons. ‘“Hier moet iets veranderen”, dacht ik. Ooit was afvalverbranding misschien een goed alternatief, nu kunnen we echt beter.’

Samen met Joost Kamermans startte Eiting van Liempt in september 2019 Seenons, een bedrijf dat wil bijdragen aan de circulaire economie door de afvaldienstverlening te verbeteren. Ze ontmoetten elkaar in de Amsterdamse startup-gemeenschap. Kamermans: ‘Als we in 2050 100 procent circulair willen zijn, dan moeten we iets doen, zo dachten we. We moeten ervoor zorgen dat onze grondstoffen straks eindeloos kunnen rondgaan in ons systeem. Dus daar proberen we aan bij te dragen. Het is onze ambitie dat er in 2025 100.000 bedrijven restafvalvrij zijn.’

Afvalstromen managen

Seenons helpt bedrijven om afvalstromen gescheiden in te zamelen. Het is een digitaal platform waarop bedrijven hun eigen afval kunnen managen. Ze krijgen inzicht in hun stromen en de waarde ervan, ze kiezen welke stromen zij apart willen laten ophalen en betalen daarvoor. Seenons regelt vervolgens de logistiek. Soms nemen pakketbezorgers de gescheiden afvalstromen mee, soms wordt het afval door een elektrische bakfiets opgehaald of door een traditionele afvaldienstverlener. Zelf heeft Seenons ‘geen wielen’, legt Eiting van Liempt uit. ‘Wij verbinden partijen aan elkaar: zo werken we met pakketbezorgers, maar ook met de sociale dienst: mensen die voor de plantsoenendienst door de stad rijden halen soms ook bij bedrijven reststromen op.’

Hun bedrijf is naar eigen zeggen de ontbrekende schakel tussen de data en de daadwerkelijke uitvoering. Kamermans: ‘Wij zagen dat veel startups in de circulaire economie zich vooral richten op data, op het in kaart brengen van afvalstromen. Maar daarmee breng je nog geen sinaasappelschillen van Schiphol naar Brabant. Vandaar dat wij ons ook zijn gaan focussen op de logistiek.’

Kamermans en Eiting van Liempt werken volgens de lean-startupmethode. Kamermans: ‘We hebben dus eerst de markt gescand en veel mensen gesproken over hun afvaluitdagingen. Op basis daarvan bedachten we dit platform en gingen we op zoek naar klanten. Binnen no-time hadden we vijftig aanmeldingen: van restaurants tot voetbalverenigingen en een infrastructuurbedrijf. Toen moesten we aan de bak en zijn we het product gaan bouwen.’

Pulp en koffiedrab

Zo’n 150 organisaties maken nu gebruik van Seenons. Bij het ene bedrijf zorgt Seenons ervoor dat alleen de koffiedrab wordt opgehaald, bij het andere bedrijf zijn het sinaasappelschillen — daar zit waardevolle olie in —  en bij weer een ander bedrijf zijn het vooral elektronische apparaten.

Eiting van Liempt: ‘Bedrijven denken er vaak heel moeilijk over, maar het is gewoon een kwestie van beginnen. Je begint met een of twee stromen gescheiden inzamelen en breidt dat langzaam uit. Kijk naar Yoghurt Barn, een klant van ons: zij hebben binnen twee weken hun restafval met 82 procent kunnen verminderen. Zelfs de kiwischillen die overblijven na het maken van fruitshakes zijn nog bruikbaar: deze zamelen we gescheiden in om er siroop van te maken, wat Yoghurt Barn weer kan verkopen in hun winkel.’

In samenwerking met de KNVB helpt Seenons ook voetbalclubs. Daar worden blik en petflesjes apart ingezameld, wat die clubs geld oplevert. Ook deed Seenons een geslaagde pilot met Dijkstra Plastics, het bedrijf dat de emmers voor sauzen van Remia produceert. Daarbij haalden pakketbezorgers bij snackbars lege mayonaise-emmers op. ‘Wij zagen in onze data van snackbars dat deze emmers met het restafval meegingen en hebben toen contact gezocht met Dijkstra Plastics’, zegt Kamermans. ‘De pilot liet zien dat je die emmers gescheiden kunt ophalen, maar dat het tegelijkertijd ook complex is om zo’n systeem te veranderen. Je kunt die emmers bijvoorbeeld niet zomaar opnieuw gebruiken voor saus, daar zijn allerlei regels voor. Als tussenoplossing gaat Dijkstra deze emmers nu verwerken tot verfemmers.’

Wetten in de weg

Hoewel ze dus een voorspoedige start kennen, zijn er ook uitdagingen. Vooral de huidige regelgeving ervaren de ondernemers als een belemmering. Bijvoorbeeld dat het in veel gevallen nog goedkoper is om bepaalde stromen met het restafval weg te gooien. En dat er geen financiële prikkel is die het gebruik van gerecyclede materialen interessanter maakt dan het gebruiken van virgin-materialen.

En dan is er natuurlijk ook nog de coronacrisis. Horeca en sportverenigingen waren de grootste klantgroep van Seenons, maar hun activiteiten liggen nu grotendeels stil. Gelukkig hebben zich andere grote partijen gemeld: reguliere klanten, maar ook financiële instellingen. Die hebben interesse in de datagedreven afvalprofielen die Seenons opstelt. Kamermans: ‘Bedrijven die een lening nodig hebben kunnen met dat profiel hun duurzaamheidsambities aantonen. Dat is voor die dienstverleners waardevolle informatie en voor ons een interessante nieuwe markt die we aan het ontdekken zijn. Dankzij de data.’

Om hun ambities waar te maken zijn Kamermans en Eiting van Liempt op zoek naar een investeerder die hen kan helpen om door te pakken. Hun tip aan andere bedrijven die circulaire businessplannen hebben? ‘Vraag je altijd af of je idee ook zou aanslaan als duurzaamheid geen rol zou spelen. Natuurlijk, voor potentiële klanten is circulariteit interessant: maar je moet er ook voor zorgen dat je iets aanbiedt dat tegelijkertijd ook beter, eenvoudiger en/of goedkoper is dan iets dat al bestaat.’

Deze artikelenreeks is een initiatief van Hogeschool van Amsterdam | Gemeente Amsterdam | Amsterdam Economic Board | Amsterdam Smart City | Metabolic en AMS Institute. Samen willen zij de circulaire economie in de Metropoolregio Amsterdam versnellen met praktische verhalen voor en over ondernemers en bedrijven.

Lees verder

Volop kansen in de nieuwe circulaire werkelijkheid
Slim datagebruik in de circulaire economie: de drie belangrijkste redenen

_____________________________________________________

100,000 companies residual waste-free by 2025

Seenons uses data-driven logistics to collect waste streams separately

The circular economy is becoming the new normal, and data is propelling it. In the Amsterdam Metropolitan Area, numerous organisations are already hard at work on circular initiatives that prioritise the application of data. Among them is Seenons, which helps businesses manage their sustainable waste separation and collection. ‘We want to fix the flaws in the system.’

Waste disposal services for businesses have not exactly kept up with the times. Big bin lorries drive through the streets at certain times of day. Most of the waste is incinerated. And paper and glass aside, it’s quite complicated to separate waste streams and have them collected. ‘I got one surprise after another when I began delving into this world,’ says owner of Seenons Jorn Eiting van Liempt. ‘“Something has got to change here,” I thought. Waste incineration once might have been a good option, but now we really can do better.’

In September 2019, together with Joost Kamermans, Eiting van Liempt founded Seenons, a company aimed at contributing to the circular economy by improving waste services. The two co-founders met in the Amsterdam start-up community. ‘We realized that if we want to be 100 per cent circular by 2050, then we would have to do something about it,’ Kamermans says. ‘We would need to enable our raw materials to circulate endlessly in the system. So this is where we are trying to make a contribution. Our goal is for 100,000 companies to be residual waste-free by 2025.’

Managing waste streams

Seenons helps businesses get their waste streams collected separately. The Seenons digital platform lets companies manage their own waste. It provides insights into the waste streams and their worth, which helps them choose which streams to have collected separately and pay for it. Seenons then arranges the logistics. The separated waste might be picked up by a parcel deliverer, an electric cargo bike or a traditional waste service provider. Seenons has no wheels of its own, Eiting van Liempt explains. ‘We connect the parties. We work with parcel deliverers, but also with the municipal services, as the people who drive around the city doing parks service sometimes also collect waste from companies.’

Seenons is the missing link between the data and the actual implementation, Kamermans says. ‘We saw that a lot of start-ups in the circular economy mainly focus on data, on mapping waste streams. But that doesn’t actually get discarded orange peels from Schiphol to Brabant. This is why we also focus on logistics.’

Kamermans and Eiting van Liempt apply the lean start-up methodology in their work. ‘We first scanned the market and talked to a lot of people about their waste challenges,’ says Kamermans. ‘From there, we came up with this platform and started looking for customers. In no time, we had 50 customers signed up, from restaurants to football clubs, and we had an infrastructure company on-board. Then we had to get to work on building the product.’

Pulp and coffee grounds

Around 150 organisations now use Seenons. For one company, Seenons might arrange the collection of coffee grounds, for another it might be orange peels – which contains valuable oil – and for another it might be mainly electronic devices.

‘Companies often assume it has to be very hard, but it’s just a matter of getting started,’ says Eiting van Liempt. ‘You begin with one or two separate collection streams and expand slowly. Take our client Yoghurt Barn: they were able to reduce their residual waste by 82 per cent within two weeks. Even the kiwi skins left over from making fruit shakes are still usable: we collect them separately to make syrup, which Yoghurt Barn can then sell in their shops.’

In collaboration with the Royal Dutch Football Association, Seenons also helps football clubs. The clubs have their cans and PET bottles collected separately, which generates money. Seenons also ran a successful pilot with Dijkstra Plastics, the company that produces the containers for Remia sauces. Parcel deliverers pick up the empty mayonnaise containers from snack bars. ‘We saw in our data from snack bars that these containers were being disposed as residual waste, and then we contacted Dijkstra Plastics,’ says Kamermans. ‘The pilot showed that you can collect the containers separately, but at the same time, it’s complex to change a system like this. You can’t just reuse the containers for sauce, as there are all sorts of rules about that. As an interim solution, Dijkstra is now going to process the containers into paint buckets.’

Regulations in the way

Although Seenons is off to a good start, there are also challenges. The co-founders find current regulations to be particularly constraining. For example, it is often less costly to dispose some streams along with the residual waste. Moreover, no financial incentive makes it more economical to use recycled materials than virgin ones.

And then of course the corona crisis is an issue. Cafés, restaurants and sports clubs were Seenons’ biggest group of customers, but their activities have now largely come to a standstill. Fortunately, sign-ups have come from other organisations, not only the usual customers, but also financial institutions interested in the data-driven waste profiles that Seenons creates. ‘Companies that need a loan can use this profile to demonstrate their ambitions for sustainability,’ Kamermans says. ‘This is valuable information for these service providers. For us, it’s an interesting new market to discover. All thanks to data.’

To realise their goals, Kamermans and Eiting van Liempt are seeking an investor who can help them to push ahead. Their advice to other businesses with circular business plans? ‘Always ask yourself whether your idea would also work if sustainability didn’t play a role. Of course, circularity appeals to potential customers, but you also have to ensure that what you’re offering is better, simpler and/or cheaper than something that already exists.’

This article is an initiative by Amsterdam University of Applied Sciences | City of Amsterdam | Amsterdam Economic Board | Amsterdam Smart City | Metabolic | AMS Institute. Together we are working to accelerate the circular economy in the Amsterdam Metropolitan Area, sharing practical stories for and about entrepreneurs and businesses.

Read more

A wealth of opportunities in the new circular reality
Smart data usage in the circular economy: 3 key reasons

Communication Alliance for a Circular Region (CACR)'s picture #CircularCity
Folkert Leffring, Digital Media Manager , posted

Amsterdam launches next stage of circular economy programme

Amsterdam will launch the fourth stage of its circular economy initiative next week, with 200 new projects planned for the coming year. Its 2020-2025 strategy, set to be published 8 April, will build on last year’s programme that saw 116 projects implemented.

Folkert Leffring's picture #CircularCity
Amsterdam Smart City, Connector of opportunities at Amsterdam Smart City, posted

Week of the Circular Economy #4: the Zwerfinator

Featured image

Throughout the week of the Circular Economy, we are shining a spotlight on inspiring sustainable initiatives in the Netherlands. Joining forces with startups, social entrepreneurs, creative professionals, leading companies, and forward thinking governments, to showcase what a circular economy can look like. Meet the pioneers, learn from them and get inspired! Next up is Dirk Groot. Profession: superhero - fighting litter and plastic soup with his Zwerfinator movement.

Throughout the week of the Circular Economy, we are shining a spotlight on inspiring sustainable initiatives in the Netherlands. Joining forces with startups, social entrepreneurs, creative professionals, leading companies, and forward thinking governments, to showcase what a circular economy can look like. Meet the pioneers, learn from them and get inspired! Next up is Dirk Groot. Profession: superhero - fighting litter and plastic soup with his Zwerfinator movement.

So, Dirk, can you tell us about the Zwerfinator?

My personal mission is the battle against litter. I do that by: i) cleaning up, ii) educating people & creating awareness; iii) and most importantly: conducting research. I conduct research by collecting data on litter: what is it, where did I find it and how does this match with the surroundings. Based on the collected data I advise local governments and companies and help them with finding solutions.

I am a data scientist by heart. So I know a lot about data: how to collect, interpret and advise on this data. I started 6 years ago with picking trash and 3.5 years ago with collecting the data.

And how do you collect this data?

I use an app: Litterati. This app allows me to upload pictures of every piece of litter I pick up. Besides the picture I add extra data like: what it is, what kind of material, what kind of brand, the exact geo-location, and some extra details. You can see on the map where there is a lot of litter found and see if you can discover certain tracks. It is even possible to find the origin of the litter, for example, is there a company or store that produces a lot of litter? You can see this in the data collected. With this data I can signal to the company that they produce a lot of litter. Together we can try to find solutions like: reducing the amount of packaging or looking at the production of packages, is it possible to use organic materials.

But not only the places that have a lot of litter are valuable: it is also valuable to examine the really clean parts of the city.

How many people are collecting the data?

I see a shift: there is a growing number of people collecting data while picking up trash. I think people are fed up by picking up the same amount of trash, time after time, and they see the value of collecting the data for formulating solutions. It’s a new kind of volunteer work and the plus side is: you can do it anywhere, at any time. If you have an hour to spare, it is sunny, you can just go outside and contribute. In the Netherlands we have about 300 active users of the app, we have the most active members in the world. Worldwide there are about 4,700,000 pieces of litter picked up.

Can you give an example where the collected data made impact?

In June 2018, I started a campaign to create awareness about the commonly found litter, Antaflu wrappers. I encouraged other people to collect and tag these pieces of litter correctly. In total over 30,000 data points are collected now. With this information I teamed up with Merijn Tinga (the Plastic Soup Surfer) and we visited the CEO of Pervasco (the producer of Antaflu candy) in Rotterdam and he decided to change the packaging from plastic to paper, a more organic material.

After this successful campaign, we decided to start a second campaign to pass a policy that bans manufacture and sale of the Knetterbal Firecrackers. (also known as Crackling Balls) We started a movement that managed to pick up and tag over 50,000 littered plastic shells of these firecrackers in two months. After collecting and publishing this information, HEMA and the Albert Heijn decided to ban the sale of these firecrackers. This created a ripple effect inspiring 7 other retailers to remove Knetterbals from their shelves. Great to see that a campaign led to direct results.

Looking at the future, what will be the next step? What do you need to make your impact even bigger?

I work according to the Forest Gump principle. Do you know what this is? This means that if I have an idea, I start to run with it, just like in the movie. I started alone with an idea to collect data surrounding litter. I talked to a bunch of people, but no one really believed that it could make impact. But I was convinced that it could make a difference. That’s why I just started and run with the idea. Now 3.5 years later the impact and results are tangible and people finally see and appreciate the added value.

Normally you see people having an idea and start looking for investors. For me it works the other way around: I have an idea or hunch and start with the implementation immediately. The rest will follow later.

But the campaigns I did together with Merijn are really successful and I like to do more of those in the future. We’re a good team. He is good in the lobbying and campaigning aspect and I can activate the community of litter pickers to collect the data. Next thing on the agenda is the ‘Plastic Avengers’ conference in Blue City, Rotterdam. Bringing all those individuals battling the plastic or litter problem together. So that they can collectively find concrete and tangible solutions for these challenges. For example in a Hackaton or something else.

What do you think could be done in your industry to accelerate the transition to a circular economy?

I think there are three important things that I want to mention. First, there needs to be a deposit on all drinking packages. Even everything that has a lid or cap. No exceptions. And making sure it is made of recyclable material. There needs to be some sort of economic incentive for people to take recycling seriously. Second, circular economy can also exist in nature. Not everything has to be recycled for humans. It can also be recycled for nature or animals. Of course with the exception of synthetic materials. Third, we can learn a lot of how people used to live. During and after the war, people lived in scarcity. No food was wasted and what could be reused, was reused. For example, my parents owned a bakery and nothing was spilled: from old or broken pastries we made different, new products. If everyone will live by this mindset, the transition to a circular economy is possible.

-----------------------------------------------------------------------------------------------------------

This interview series is a collaborative initiative of Metabolic, AMS Institute, City of Amsterdam, the Amsterdam Economic Board and Amsterdam Smart City. Working together within the Amsterdam Smart City platform, these organisations are committed to accelerate the transition to a circular economy.

Amsterdam Smart City's picture #CircularCity