Achieving a faster, cleaner and leaner port.
Read more about the project here.
Achieving a faster, cleaner and leaner port.
Read more about the project here.
Using sensors helps increasing the sustainability of the port area: “The port wants to be faster, cleaner and leaner and sensors contribute to this goal. The management and maintenance of these asses take less time. Mainly because we don’t have to visit the location to see if everything is going well. The data gives us the information we need. Moreover, this technique improves business, since ships make better use of the site so the chance of distortion decreases further”. --Joost Zuidema, project leader Sensors New Business at the Port of Amsterdam
Wireless sensors have been installed on top of industrial scale mooring posts (IJ-palen) in the Port of Amsterdam. 30MHz, an Amsterdam-based industrial IoT company, provides the technology to measure the impact of mooring bulk carriers and monitor the condition of the piles in real-time, 24/7. The Port of Amsterdam’s aim is to further improve the management of their assets. 30MHz foresees a strong increase in the use of wireless sensors in port areas.
In the Dutch port city of IJmuiden, on the North Sea, bulk carriers that lie too deep to get through the locks, transfer their load onto smaller vessels. During the unshipping process, the bulk carriers are attached to two very large mooring posts, known in Dutch as the IJ-palen. Recently mounted sensors record all movements, which are visualized real-time in a 3D graph. The department of management and maintenance of the Port of Amsterdam receives immediate notifications in the case of unusual movement.
In the preparatory phase of the project, 30MHz worked with the innovation experts at the Port of Amsterdam to overcome various challenges with. For example, the mooring posts are positioned in open and often raw water and aren’t equipped with any kind of AC or internet access. To resolve this, 30MHz applied a wireless form of communication in combination with a rechargeable power supply that lasts for a year.
It was also a challenge to ensure optimal availability of the information gathered by the sensors. 30MHz placed a gateway on top of the port’s control center in IJmuiden that communicates with the sensors across the sea canal. Next to that, special antennas were installed on two buoys close to the location and the IJ-palen themselves resulting in an optimal signal, even when a bulk carrier is moored in the line of sight. To deal with the harsh nautic conditions (wind, salt, gull droppings, dust and sun), reliable industrial materials were used for the casing of the sensors.
The sensors measure the extent to which a rubber bumper that is fixed to the posts is pressed in and to what extent the vessel is pushing the poles sideways or backward. These actionable insights are then personally translated into decisions whether to adjust, repair or replace parts of the IJ-palen. The latter is very important because of long delivery times.
Jurg van Vliet, CEO of 30MHz, foresees plenty of opportunities for the rapidly developing sensor technology, both inside and outside the maritime sector: “Sensors are also useful in the realization of so-called quay monitoring. Using this technology, barges know if a berth is available and are able to book it well before they reach the port. Sensor technology enables companies to interpret data from the physical world in an efficient and sustainable way. The information it gives you lets you improve business operations.”
Port of Amsterdam, 30MHz
The Port of Amsterdam and 30MHz are partners in innovation, continuously exploring new possibilities for industrial IoT.
Sensory data can serve as a tool to improve efficiency, enable predictive maintenance and drive sustainable productivity across sectors. Beyond maritime, 30MHz technology is used in industries including agriculture, smart city, commercial insurance and space utilization.
Get notified about new updates, opportunities or events that match your interests.
CORRECTIE: Experiment van vandaag is geannuleerd vanwege de harde wind. Ik laat weten wat de nieuwe datum wordt.
Toeschouwers gezocht voor een rijdend experiment vandaag!
Gemeente Amsterdam ontwikkelt een nieuwe technologie. Het gaat om een fiets met camera’s, die over een paar maanden waarschijnlijk door de stad gaat rondrijden. Er wordt veel moeite gestoken in blurring algoritmes, en andere privacymaatregelen. Maar op straat zie je vooral een camera langsrijden. Hoe communiceer je wat er achter de schermen van zo’n systeem gebeurd? Hoe zorg je voor genoeg ruimte voor feedback, vanuit de stadsbewoners?
De afgelopen maanden dachten het projectteam, een bewonerspanel en de onderzoekers van Civic Interaction Design van de HvA daar samen over na. Naast inhoudelijk meedenken (en tegendenken), werden verschillende versies van de fiets gezamenlijk ontworpen.
Op vrijdag 5 juli rijden we een testrondje. De fiets rijdt dan door 3 straten in Amsterdam. En daar zoeken we toeschouwers voor! Komen jullie de scan-fiets ontmoeten? Er is ruimte de fiets te bekijken, en om in gesprek te gaan met de fietsbestuurder en projectleider. Ook stellen de onderzoekers een paar vragen. Ik hoop jullie te zien!
Scanfiets bekijken?
13:30 - 14:00 Lou Jansenplein (Geuzenveld)
Verzamelpunt: Bij de ingang van het Lou Jansenplein (kruising met de Slotermeerlaan)
14:30 - 15:00 Sierplein (Nieuw-West)
Verzamelpunt: Tegenover Van Ollefenstraat; bij de Esso (tankstation)
15:45 - 16:15 Roetersstraat (Centrum)
Verzamelpunt: Ter hoogte van de brug bij de Nieuwe Achtergracht/Roetersstraat kruising
Op 30 mei nodigden we onze community uit bij AMS Institute op het Marineterrein voor een Data Dilemma’s event over de Voedseltransitie. Het ging deze middag over technische dilemma’s rond data en de verduurzaming van voedselketens, en; wat is nou echt lokaal voedsel?
Data Commons: Een digitaal gemeenschapsgoed met een gezamenlijk doel
Jan Wester, directeur van Big Data Value Center, vertelde ons meer over het project ‘Data Value Center Agri & Food Korte Keten’. Aanleiding voor dit project is de transitie naar een duurzamer voedselsysteem waarbij digitalisering en data een belangrijke rol spelen. Er is de wens dat relatief meer voeding uit de regio komt (in plaats van langere ketens), dat er meer transparantie en efficiëntie is in ketensamenwerking en dat er meer informatie wordt vastgelegd over productie en herkomst (denk aan True Pricing). Dit vraagt om een neutraal precompetitief platform. Dit platform kan je zien als een zogenaamde Data Commons: een digitaal gemeenschapsgoed waarin je samen afspraken maakt over het delen van data; wat deel je, met wie, en wat is het gezamenlijke doel ermee?
De Agrifood Data Common is een veilige data-deel omgeving/marktplaats/dashboard, met verschillende gebruikersgroepen. Ondernemers kunnen hiermee bijvoorbeeld markten transparanter maken, ketensamenwerking verbeteren en meervoudige verdienmodellen creëren. Overheden kunnen gebruik maken van de omgeving voor meer evidence-based beleid en het monitoren van impact. Ten slotte kunnen kennisinstellingen gebruik maken van het platform voor de opbouw van referentiedata en het delen van data uit experimenten en fieldlabs. Belangrijk is dat de verschillende partijen vertrouwen met- en in elkaar opbouwen om dit samen te laten werken.
De cateringketen van de Hogeschool van Amsterdam als case
DVC Agri & Food is samen met partners cases aan het bouwen die het nut en belang van dit digitale gemeenschapsgoed in de praktijk tonen. Kees Willem Rademakers van de Hogeschool van Amsterdam vertelde ons meer over het ‘Food Governance 2.0’ project met betrekking op hun eigen cateringketen.
De HvA wilt zich actiever afvragen wat ze van (hun) voedsel vinden en hoe ze een nieuwe rol kunnen spelen in hun eigen lokale voedselsysteem. Ze kijken naar factoren als gezondheid, biodiversiteit, betaalbaarheid en energiegebruik. Als je hier kritisch naar wilt kijken blijkt hoe moeilijk het is om te onderzoeken waar kantineproducten precies vandaan komen. De precieze oorsprong, de reizen die het afgelegd heeft, de arbeidsomstandigheden; het zijn onderdelen waar je als afnemer grip op- of in ieder geval een beeld van wilt hebben. Er is nu een ongelijke machtsverdeling waarbij de leverancier meer data over de keten bezit en dit gebruikt als verdienmodel.
Binnen een keten die digitaal en transparant is georganiseerd, kan de HvA zien wat er nu gebeurt, kan er onderhandeld worden, en kunnen ze samen gaan hervormen waar ze naartoe willen. Het is belangrijk om daarom de governance structuren over voedselketens en de informatiestructuren daarbinnen opnieuw vorm te geven met elkaar. Jan Wester en Kees Willem Rademakers concluderen samen dat deze hervorming vooral zit in wederkerigheid en bereidheid om meer data met elkaar te delen, en de digitale platformen die dit mogelijk maken.
Flevo Campus: Samen werken aan het stedelijk voedselsysteem van de toekomst
Lenno Munnikes vertelde ons meer over lopende initiatieven bij de Flevo Campus. Een organisatie waar onderzoek, onderwijs, ondernemerschap en overheden samenkomen om samen te werken aan het stedelijke voedselsysteem van de toekomst. Hier verbinden ze economische, maatschappelijke en kennis-vraagstukken op het gebied van een duurzame voedseleconomie en een gezonde voedselomgeving.
In een project rond ‘de supermarkt van de toekomst’ zijn ze aan het experimenteren met het verbreden van het assortiment van lokale producten in de schappen. Als je een deel van een supermarkt bijvoorbeeld reserveert voor lokale ondernemers, ontstaat er al sneller een match tussen lokale consumenten en lokale producenten. Ook wordt er gekeken hoe je stadstuinderijen kan ontwikkelen met een mix van verschillende functies. Naast voedselzekerheid, kan zo’n plek ook een belangrijke educatiefunctie vervullen voor kinderen en jongeren in de buurt, kan er onderzoek plaatsvinden, kunnen er nieuwe verdienmodellen worden uitgeprobeerd, en kan de tuin gekoppeld worden aan een zorgcentrum in de buurt.
Ten slotte vertelde Lenno over hun projecten in de zogenaamde Labs. Hier experimenteren ze op kleine schaal om ons aan het denken te zetten over ons voedselsysteem. Een bekend voorbeeld is het hergebruiken van de ‘reststromen’ van de kip. Na slachting wordt zo’n 70% van het dier als reststroom verscheept naar andere continenten. Maar wat als je nou alles van de kip verwerkt? Hoe kan je omgaan met onderdelen van een dier dat je niet opeet? Met deze vragen gingen ze aan de slag en creëerden ze bijvoorbeeld een tasje van de huid, zeep van het vet en keramiek van de botten. Een experiment als dit kan op kleine schaal worden uitgevoerd, maar via nieuwskanalen veel mensen bereiken en aan het denken zetten over ons voedselsysteem.
Onderzoek naar de klimaatimpact van een voedselketen; van verantwoording naar nieuwsgierigheid
Leen Felix, adviseur Agrifood en Biodiversiteit bij Metabolic, nam ons mee in het proces waarmee ze bedrijven adviseert over de duurzaamheid van hun voedselketen. Het begint simpel, bij de ingrediëntenlijst van een product. In plaats van de locatie van de leverancier, moet je echt op zoek naar de productielocatie; het land van herkomst per ingrediënt. De impact van voedselproductie hangt namelijk af van de combinatie van het productieproces en de productielocatie. Maten van landgebruik, bodemtransformatie en uitstoot van broeikasgassen, bijvoorbeeld, hebben ieder een effect op de natuurlijke omgeving. De ruimtelijke context bepaald hoe schadelijk deze processen zijn voor de aarde en het klimaat. Je kan hierbij denken aan de volgende voorbeelden: Het verbouwen van soja, waarbij veel land voor nodig is, is schadelijker als er regenwoud in Brazilië voor wordt gekapt. Het transformeren en homogeniseren van de bodem is schadelijker voor het klimaat, als dit gebeurt op een plek waar voorheen een relatief hoge mate van biodiversiteit aanwezig is. Water-intensieve productieprocessen hebben meer impact op mens en natuur als het plaatsvind op locaties waar water schaars is.
Metabolic koppelt daarom ruimtelijke context aan productieprocessen. Via scores is te zien hoe de negatieve impact van productieprocessen nog sterker is in ‘gebieden met een gevoeligheid’. Dit legt de complexiteit vast waar je in mondiaal voedselsysteem mee te maken hebt. Hoe meer ingrediënten in een product, hoe meer productielocaties, hoe meer factoren die de klimaatimpact beïnvloeden. Het is voor Leen als analist en adviseur de balans zoeken tussen het weergeven van álle data en de complexiteit van de keten, en het adviseren met een platgeslagen verhaal waar de opdrachtgever soms naar op zoek is. Je wilt een bedrijf niet verlammen met de data, maar ze ook wel gericht handvatten geven om bijvoorbeeld risicolocaties en ingrediënten te vermijden.
Leen sluit af met een drietal lessen voor het publiek:
- Perfecte data bestaat niet, en dat is niet eens zo erg: focus op het verhaal wat je ermee kan en wilt overbrengen.
- Van verantwoording naar nieuwsgierigheid: Je kan dus niet 100% verantwoorden en berekenen, maar je moet wel een nieuwsgierige houding tonen over bijvoorbeeld alle bijkomende milieulasten en context risico’s.
- Geen top 10 maar systeemdenken: Duurzaamheid als een simpel thema laten vallen, het is geen top 10 maar denk in systeem met contrasten, schaal, complexiteit, ruilfuncties. ‘One size fits all’ oplossingen werken niet.
Dank aan de sprekers voor hun verhalen en het publiek voor de levendige discussies na afloop. Wil je bij onze volgende Data Dilemma's zijn? De volgende editie van deze serie open events vindt plaats op 16 juli. Ook staan we altijd open voor nieuwe thema’s en onderwerpen voor deze serie; we zijn benieuwd wat voor data dilemma’s jij mee in aanraking komt bij je werk!
Het valt niet meteen op, maar in Amsterdam Noord is de toekomst al begonnen. De wijk Buiksloterham loopt internationaal voorop in de energietransitie. Gebouwen in de buurt zijn aardgasvrij, en verkrijgen hun energie bijna allemaal op een andere manier. Als voorbijganger of bewoner zie je daar nu weinig van.
Het project ‘Inkijkjes in de Energietransitie’ brengt daar verandering in. Met schilderingen en kunstobjecten op straat geven we virtuele inkijkjes in de apparaten en installaties achter de muren en in kelders. In kijkbuizen met animaties wordt de werking van een warmte-koude-opslag, of het stadswarmtenet, je in een minuut uitgelegd.
De nieuwe technieken mogen gezien worden! Door een wandeling langs de verschillende inkijkjes kom je meer te weten over de verschillende facetten van de energietransitie.
Zo maken we de energietransitie tastbaar, en de discussie erover concreter.
Kom je naar de opening? Op donderdag 13 juni worden de Inkijkjes in de Energietransitie officieel geopend. We presenteren de installaties aan alle betrokkenen: van expert tot bewoner, en aan de buren.
Wanneer: Donderdag 13 juni, 16:00 - 19:00 uur
Waar: Asterdwarsweg 5, Amsterdam Noord
Meld je aan: door te mailen naar floortje [at] waag [punt] org
Het concept ‘Inkijkjes’ komt voort uit de artistieke oproep van Waag Futurelab en een intensief buurtonderzoek (bezoeken, interviews, workshops met buurtbewoners) samen met de geselecteerde ontwerper Tessa Steenkamp en haar design studio Bits of Space.