City-zen partners Westpoort Warmte and AEB have developed a plant which enables the use of cold from the adjacent river IJ for cooling of buildings in the Amsterdam Houthaven district.
City-zen was an international consortium, a program stimulating learning-by-doing in Grenoble and Amsterdam between March 2014 and November 2019. The results can be found in a booklet or in detailed reports. http://www.cityzen-smartcity.eu/home/reporting/deliverables/
About ten years ago the City of Amsterdam decided the Houthaven district had to become a 100% climate neutral area. The entire energy demand of the new-build homes, offices, school and other buildings had to be as sustainable as possible, based on the principle of ‘trias energetica’. Back then the city believed cooling would be in high demand for comfortable living. So it decided that all newly-build apartments had to be connected to a central cooling system. That’s how the idea for the comfort cooling system – a plant pumping cold water out of the river IJ in winter and storing the cold for cooling apartments during hot summer days – was born. In addition the apartments were connected to the city heat system in which heat is generated by the waste-to-energy plant AEB.
Combining the sustainable cooling and city heat system, every home in the Houthaven district emits 80 % less CO2-emission than apartments using a boiler and air-conditioning. But, more importantly, it creates comfortable living.
The District Heating and Comfort Cooling network are operated by Westpoort Warmte. AEB delivers heat. The Comfort Cooling project is part of City-zen, an European funded Smart Cities and Communities project with 23 partners. City-zen focuses on energy transition. Demonstrations take place in Amsterdam and Grenoble.
The cold plant is operational and the cold distribution network is in place. The first buildings in the district, an elementary school, is connected to the cold network and the first reactions are promising. In 2015 the first dwellings in the Houthaven district have been delivered.
Up to 300 dwellings will be connected yearly, until the Houthaven district is completed in 2021, with 2000 dwellings in total. The cold and heat grid will be developed in tandem.
In early November, I travelled to Barcelona for the third time to attend the Smart City Expo World Congress. Together with the Amsterdam InChange Team, some of our network partners, and the Dutch delegation, we put together a strong content-focused programme, gained inspiration, and strengthened both international and national connections. In this article, I’ll briefly share some of my personal highlights from this trip.
During the congress, I organised several guided visits from the Dutch Pavilion in collaboration with the DMI-Ecosystem. The aim of these visits was to connect the Dutch delegation with international colleagues and facilitate knowledge exchange. At the busy expo, full of companies, cities, regions, and conference stages, it’s really appreciated to join planned meetings on specific themes. It’s also a great chance to meet many international representatives in just a few days, since everyone is in the same place at the same time.
We visited and connected with the pavilions of EIT Urban Mobility, Forum Virium (Helsinki), the European Commission, and Catalonian innovations. Topics such as The Future of Mobility, Digital Twins, and Net Zero Cities were central to the discussions. It was a good opportunity to strengthen existing networks and establish new connections. For myself, for Amsterdam InChange, and for the participants joining the meetings.
A few aspects of the visits particularly stood out to me. At Forum Virium Helsinki we met with Timo Sillander and Jaana Halonen. I was impressed by their work with Digital Twins. They focus not only on the technology itself and the efficiency of urban systems, but also on the social dimensions a digital simulation can play into. Think of; unequal distributions of risks related to climate change and extreme weather conditions.
I also appreciated the efforts of the European Commission. They are working to make it easier to navigate research topics, funding opportunities, and findings related to themes like energy-neutral cities. With their new marketplace, there is more focus on small and medium-sized cities across Europe, helping them to benefit from innovations that are often developed in larger urban areas.
On Tuesday, my colleague Chris and I organised a session on zero-emission city logistics. We brought together representatives from Oslo, Helsinki, Stockholm, Munich, and EIT Urban Mobility, as well as the Dutch municipalities of Haarlemmermeer and Amsterdam.
The session built on connections we made during other events on Sunday and Monday, bringing together an international group of stakeholders interested in this topic. During the discussion, we compared how different cities are approaching zero-emission zones and identified shared challenges, particularly in policymaking and working with logistics companies and local entrepreneurs.
It was interesting to see how this topic lends itself so well to international comparison and exchange. For instance, while Amsterdam will be one of the first to implement a strict ZE zone in the city centre, other cities are already ahead in areas like charging infrastructure and the transition to cargo bikes. The group was eager to keep the discussion going, and we’re already planning a follow-up online meeting to continue learning from one another.
Finally, a few other topics worth mentioning: I joined an international session hosted by the City of Amsterdam about future-proof sports fields. It was inspiring to reflect on the value and potential of sports fields for neighbourhoods, as well as their use as testing grounds for sustainable innovations. For me, the session reinforced how important these spaces are for local communities in cities, and sparked a new personal interest in this subject.
I also really enjoyed both our own international changemakers’ dinner and another international dinner hosted by Drees & Sommer (thanks for the invitation!). Bringing together an international network — whether as individuals or in small groups — and mixing them at the table sparked meaningful conversations that felt different from those during the formal congress sessions or workshops.
Lastly, it’s great to see more Superblocks and bicycles in the city every year! Go Barcelona!
In Buiksloterham ontwikkelt ATELIER een wijk die meer energie opwekt dan zij verbruikt en worden slimme energietoepassingen in de praktijk gebracht.
Wat komt er allemaal kijken bij het opzetten van een energiegemeenschap, welke mogelijkheden en structuren er nodig zijn voor het actief delen van energie, hoe kunnen batterijen ingezet kunnen worden om netcongestie tegen te gaan, en hoe kan het concept data commons bijdragen aan een duurzame wijkontwikkeling?
In deze bijeenkomst blikken we terug op onze gezamenlijke resultaten en bespreken we de toekomstplannen in samenwerking met het kennisnetwerk Amsterdam InChange.
De dag wordt geopend door de Amsterdamse wethouder Dirk de Jager en georganiseerd door TNO in samenwerking met de Hogeschool van Amsterdam, AMS Institute, Waag Futurelab en gemeente Amsterdam.
Ben jij actief in het veld? Dan ben je van harte welkom en horen we graag jouw reflectie tijdens de kennissessies die zich richten op lokale energiesystemen, energiegemeenschappen, financiering en data delen.
Meld je voor 13 november aan!
Wanneer: 21 november 2024
Waar: Tolhuistuin, IJpromenade 2, Amsterdam
Ga naar de aanmeldpagina voor meer informatie over het programma en de sessies.
Het Amsterdam Innovatie Atelier is onderdeel van het Smart City EU-project ATELIER
Het verduurzamen van je bedrijfspand levert vaak veel voordelen op, zoals lagere energiekosten, een beter werkklimaat voor werknemers en een verbeterde productkwaliteit. Tijdens de tweede landelijke editie van de Duurzame Bedrijven Dagen van 15 tot en met 28 november delen bedrijven in Nederland hun ervaringen met duurzame maatregelen. Bedrijven die ook hun deuren willen openen voor andere ondernemers, kunnen zich gratis aanmelden via de website van de Nationale Duurzame Bedrijven Route.
Voor ondernemers kan het een uitdaging zijn om aan de slag te gaan met het verduurzamen van hun bedrijfspand. Hoewel er veel informatie beschikbaar is, is het vaak lastig de juiste kennis eruit te filteren. Ook kunnen factoren als tijd en budget als een drempel voelen. De Duurzame Bedrijven Dagen brengen bedrijven met duurzaamheidservaring en andere ondernemers die nog willen beginnen juist samen.
Slim verwarmen bedrijfsruimten
Naast het op weg helpen van andere ondernemers levert deelname voor bedrijven meer landelijke bekendheid op. Daarnaast kunnen ondernemers laten zien dat ze hun pand, terrein of bedrijfsprocessen al (deels) hebben voorbereid op de toekomst. Onderwerpen die tijdens deze dagen bijvoorbeeld aan bod komen, zijn: het slimmer verwarmen van bedrijfsruimten, het opslaan van energie met speciale accu’s of het vergroenen van je bedrijventerrein.
Kop koffie en rondleiding
Met een kop koffie, een goed gesprek of een kleine rondleiding door het gastbedrijf komt op tafel hoe een collega-ondernemer het verduurzamen van zijn pand heeft aangepakt en wat wel of juist niet werkt. Bij een bezoek staan de ervaringen en de handige tips centraal. Ook is het prettig voor bezoekers dat de duurzame maatregelen in de praktijk bekeken kunnen worden.
Bedrijf aanmelden
Wie zijn bedrijf wil openstellen van 15 tot en met 28 november, kan zich aanmelden via: www.duurzamebedrijvenroute.nl/duurzame-bedrijven-dagen/. Een bedrijf geeft zelf aan welke dagen en tijden bezoekers welkom zijn. Bezoekers schrijven zich vervolgens in via de website voor een bezoek aan één van de deelnemende bedrijven.
Over de Nationale Duurzame Bedrijven Route
De Nationale Duurzame Bedrijven Route is een onafhankelijk platform waar ondernemers hun ervaringen, tips en vragen over het verduurzamen van hun bedrijf delen. Sinds de lancering is het platform sterk gegroeid en telt inmiddels bijna 200 deelnemende bedrijven. De Nationale Duurzame Bedrijven Route werkt samen met gemeenten, provincies en de Rijksoverheid. Meer informatie is te vinden op: www.duurzamebedrijvenroute.nl
