Stay in the know on all smart updates of your favorite topics.
Red Light District Relocation: What do you think? 🤷🤦♀️
Amsterdam is set to relocate its iconic Red Light District from De Wallen to Europaboulevard, marking a significant shift in the city's approach to sex work and urban development.
This move aims to create a more structured and safe environment for sex workers while addressing concerns about over-tourism and its impact on local communities. We analyzed available data online to understand the hottest topics from affected groups.
<strong>See data insights on Playground Journal. Or listen to a short 5-minute podcast on this here.</strong>
This is your opportunity to engage in the conversation. Your insights and opinions matter in shaping a future that respects the city’s rich history while addressing the challenges and hopes of its diverse inhabitants.
The significance of this relocation lies in its potential to reshape Amsterdam's cultural and social landscape. It reflects the city's commitment to balancing the needs of residents, tourists, and sex workers, ensuring that the new Erotic Centre aligns with contemporary values while preserving the district's historical essence.
As this transformation unfolds, community input is vital. Residents, business owners, and other stakeholders are encouraged to contribute their thoughts and ideas to help shape the future of the new Red Light District. Your insights can influence the new facility's design, amenities, and safety features.
While communities can influence many aspects—such as building design, types of amenities, and community engagement processes—certain elements are fixed. The location of the new RLD has already been determined, as are existing laws and regulations governing sex work. Additionally, the core concept of the Erotic Centre and project timelines remain unchanged.
Let’s ensure that the new Red Light District reflects the values and aspirations of all who call Amsterdam home. Your voice matters!
Perspectief op een ‘Gifvrij Europa’ zonder gevaarlijke PFAS
Hoe brengen we Nederlands ZZS beleid en EU beleid “Chemicals Strategy for Sustainability; Towards a Toxic-Free Environment” in de praktijk?
Haast dagelijks horen we over gevaarlijke vervuiling door PFAS, bestrijdingsmiddelen of andere giftige stoffen. Hoe kan dit en vooral, wat zou het Nederlandse beleid moeten zijn voor deze zeer zorgwekkende stoffen in relatie tot het EU beleid 'Chemicals Strategy for Sustainability; Towards a Toxic-Free Environment'? Pakken we dit nu echt goed aan?
Blootstelling aan zeer zorgwekkende stoffen kan leiden tot allerlei ongewenste milieu- en gezondheidseffecten. Er is een lastig spanningsveld tussen de functionaliteit van het gebruik van de diverse chemische stoffen en de ongewenste negatieve effecten op onze gezondheid en het milieu. Waar staan we nu, wat werkt goed in het huidige beleid en waar moet het sterker? Tijdens dit middagsymposium onderzoeken we deze vragen en verdiepen we ons in de knelpunten in consumptiegedrag en essentieel gebruik van ZZS enerzijds en mogelijkheden tot vervanging anderzijds.
Met topsprekers en pitches over oplossingsrichtingen en transitiepaden verkennen we samen met de aanwezigen in de zaal een groene circulaire chemie en brengen we de perspectieven daarvan in beeld. We eindigen met een wetenschappelijk reflectie die echte oplossingen aandraagt. Op deze manier hopen we het bewustzijn en de kennisdeling over een groene circulaire chemie te vergroten en de invoering ervan te stimuleren.
Wees erbij op 9 oktober a.s. en laat je inspireren om bij te dragen aan een duurzamere en gifvrije toekomst!
Voorzitter van het symposium is Bart Krull (SustainLab)
13:00 Ontvangst (met koffie en thee)
13:30 Welkom en opening
- Opening door Antoine Heideveld, (voorzitter VVM, directeur Het Groene Brein) over de relatie van deze middag met Duurzame Dinsdag
- Welkom door Tom Smeelen, sectormanager Gezonde leefomgeving en Klimaat, Provincie Noord-Holland
13:45 Deel 1: Het probleem
Wetenschappelijke feiten en maatschappelijke context blootstelling chemische stoffen en welvaartziekten
- Zorgstoffen, waarom hebben we die?
Het spanningsveld tussen functionaliteit en ongewenste milieu- en gezondheidseffecten in beeld gebracht.
Door Majorie van Duursen, professor Environmental Health and Toxicology, Vrije Universiteit Amsterdam
14:15 Deel 2: Beleid
Een brede schets van het krachtenveld en de bewegingen in het beleid
- Waar staan we nu?
Beleid en aanpak zeer zorgwekkende stoffen Europees (SVHC / Reach / Bestrijdingsmiddelen) en nationaal (ZZS / Impuls Chemische Stoffen). Waar zit de kracht van het beleid, waar moet het mogelijk sterker? Wat zijn de knelpunten in consumptiegedrag en essentieel gebruik van ZZS enerzijds en mogelijkheden tot vervanging anderzijds.
Door Mieke Klooswijk, programmaleider Impulsprogramma Chemische Stoffen, Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
14:45 Pauze (met koffie en thee)
15:15 Deel 3: Pitches over oplossingsrichtingen/transitiepaden voor een groene circulaire chemie
Perspectieven in beeld: industrie, landbouw, politiek, wetenschap en consument. Pitches over de hordes, obstakels, oplossingsrichtingen én successen.
- Industrie: Nieuwe verbindingen voor de chemie (Rosienne Steensma, VNCI)
- Landbouw: Welke mogelijkheden voor en consequenties van vermindering van de impact van gewasbeschermingsmiddelen zijn er? (Volkert Engelsman, EOSTA)
- (Geo)Politiek / Internationalisering: Wat is de betere keuze? (Leo van der Biessen, Royal HaskoningDHV)
- Consumentengedrag: Wat kan en moet er anders? (Thijs Bouman, RUG)
15:45 Deel 4: Het gesprek over oplossingsrichtingen
Dagvoorzitter stelt vragen n.a.v. de pitches en daagt de zaal uit ook vragen te stellen. Een gesprek dat tot echte aanbevelingen leidt...
16:30 Deel 5: Hoe samen verder?
Wetenschap: Reflectie op de pitches en oplossingen vanuit de wetenschap.
Door Prof. Annemarie van Wezel, professor Environmental Ecology, Universiteit van Amsterdam
17:00 Borrel & netwerken
Waag Open: Dead Zones
Kunstenaars kunnen als geen ander een nieuw perspectief bieden op abstracte issues. Kunstenaar Suzette Bousema werkte samen met wetenschappers om actuele klimaatproblemen te visualiseren. Tijdens Waag Open op donderdag 3 oktober vertelt ze over Dead Zones: door de mens veroorzaakte zuurstofloze zones in de oceaan. Bousema presenteert ook haar werk Seaweedfilter, waarin zij verkent hoe zeewierboerderijen extra zuurstof kunnen creëren waar dat nodig is.
Daarna ga je zelf aan de slag met een eigen zeewierkunstwerk met de cyanotype techniek. Cyanotype, of blauwdruk, is een fotografische techniek waarbij de prints een blauwe kleur krijgen door belichting.
Future Relics (cyanotype) door Suzette Bousema
Over de kunstenaar
Suzette Bousema (NL, 1995) visualiseert hedendaagse milieuonderwerpen in samenwerking met wetenschappers. Zij gebruikt haar kunst als middel om mens en wetenschap te verbinden. Planetaire omstandigheden en onze plaats daarin zijn het uitgangspunt in haar werk; de manier waarop de mens ingrijpt in de natuur en hoe we ons op individueel niveau tot de aarde verhouden. Ze werkt interdisciplinair met fotografie, grafiek, glasblazen, weven, geluid, geur en organische materialen zoals zeewier.
Tussen 19 en 22 september 2024 kun je het werk van Suzette Bousema ook zien in de expositie Behind the Design bij Waag, tijdens GLUE Amsterdam.
Programma
19:30 - 19:40 uur | Welkom en introductie |
19:40 - 20:40 uur | Presentatie door Suzette Bousema |
20:40 - 21:30 uur | Cyanotype kunstwerken maken |
21:30 - 22:00 uur | Borrel |
Toegankelijkheid
Mocht je krap bij kas zitten en wel graag aan dit evenement willen deelnemen, neem dan contact op met sanna [@] waag [punt] org.
Playful Placemaking: Gamification and AI in Urban Design
How can gamification reshape the way we design cities? 🤔
At Playground City 🛝, we’re excited to be part of <strong>Placemaking Week Europe 2024</strong>, which will take place in Rotterdam from <strong>September 24-27, 2024</strong>! 🎉
In collaboration with Studio Oa and <strong>City Makers</strong>, we’ll be hosting a session titled <strong>“Playful Placemaking: Gamification and AI in Urban Design”</strong>, under the Creating Place & Making It Last theme.
We’ll explore how gamification can improve the participatory process in placemaking, and how AI and digital tools can help us better understand and visualize changes in urban areas, using the Delfshaven area of Rotterdam as our case study 🌱🎮.
We look forward to connecting with you at the workshop, where we’ll explore how interactive, game-like elements and new technology can make urban design more inclusive, informed, and impactful.
Are you attending Placemaking Week? Let us know in the comments! We’d love to see you at our session.
Still need a ticket? Don’t wait—grab yours here: https://lnkd.in/eQQnUJVZ
Let’s create better cities together!
#Placemaking #UrbanDesign #SmartCities #CommunityEngagement #SustainableUrbanism #AIinUrbanPlanning #Gamification #RotterdamMakeItHappen #CreatingBetterCitiesTogether #PlacemakingEurope
YIMBY Harvest Festival
YIMBY Arnhem! is a bottom-up movement aiming at small scale food growing in the city of Arnhem (NL). The 10 ten years of green YIMBY Arnhem! experience shows the fun and cooperation of urban growing food. The YIMBY experience also shows that in time small initiatives grow to major results in empowering green people in the city.
<strong>Green stewardship</strong> More than 50% of the European population currently lives in urban areas, a proportion that is projected to increase to almost 70% by 2050. Distributed small scale urban food growers can together make a difference in providing healthy food in cities, in a climate neutral and sustainable way. The city of Arnhem has the potential to grow 10% of the vegetables and herbs in 2050,
NL Tech Week 10-12 September
NL Tech Week 2024 – Mis het niet!
Van 10 t/m 12 september organiseert BTG de tweede editie van de NL Tech Week! Dit is jouw kans om de nieuwste technologische ontwikkelingen te ontdekken, te netwerken met koplopers in de industrie, en te leren van top experts.
Programma highlights:
10 sept: Almere (Green Innovation Hub) & Amsterdam (InHolland)
11 sept: Eindhoven (VDL) & Noordwijk (ESA)
12 sept: Leiden (Airbus) & Den Haag (Titaan)
Bezoek inspirerende techbedrijven, neem deel aan interactieve sessies en breid je netwerk uit. Check het volledige programma en meld je aan via NL Tech Week Programma!
Building tech for society
Demoday #24: Exploring the public transport of the future with Amsterdam’s Mobility Radar (2024)
Yuki Tol and Joaquim Moody, trend watchers for Smart Mobility at the Innovation Department of the Municipality of Amsterdam, delivered the Mobility Radar on future public Transport.Twee 'moonshots' geven je een,van zo'n 11 jaar) this March. In this first edition, the Amsterdam Smart Mobility program delves deeper into the city's mobility challenges. Will staff and funding shortages, the energy transition, and a growing demand for (accessible) transport options continue to impact the city's future public Transport system? Two 'moonshots' give us a glimpse into the future, showing what public Transport might look like in 2050.
The new concession for public Transport in Amsterdam is nearly ready and will commence in 2025 for a period of approximately 11 years. This is a good time to engage in discussions about the steps that need to be taken to achieve the goals and ambitions set for 2050. It is also crucial to determine what measures are necessary to address the developments that public Transport will face in the future. If the current system is continued, we are only one or two concessions away from 2050. Therefore, now is the time to start working on developments, innovations, and concepts that we want to include in the concessions for the 2030s and 2040s.
Exploring the future together
The Radar team has developed a workshop to engage with various organizations, experts, residents, and enthusiasts to discuss the Mobility Radar. In this workshop, participants jointly explore the trends and developments that can influence the future of mobility. It is a great way for participants to practice this way of thinking, and such a session also brings up topics and discussion points that the Municipality of Amsterdam can incorporate into its future explorations and concessions.
During our 24th Knowledge and Demo Day, Joaquim Moody hosted a work session for a diverse group of participants various organizations and domains. In three groups, we analysed an emerging public Transport challenge using the Mobility Radar approach and creatively thought about solutions. In the following paragraphs, I summarize what we discussed with the group.
Method
The starting point is a number of current challenges in public Transport: staff shortages, funding shortages, accessibility, the energy transition, and the growing demand for public Transport.
Each group selects one of the challenges and then 'dissects' it. Using a worksheet, you look at the following topics: What basic need underlies this challenge? What are examples of how or where you see this challenge currently? What macro changes play a role in the emergence of this challenge – in the long and short term? And how do these macro changes affect which basic needs are important and how they are fulfilled?
Next, you start creating a solution for this challenge and trend. Examples of solutions are: a service, a product, a regulatory adjustment, or an informative campaign. You also need to consider how you would deploy it and who exactly the target audience is.
Results
Accessibility
One of the groups analysed the challenge of public transport accessibility. This needs to be adequate for everyone, now and in the future. Accessibility involves affordability, the digital skills required, travel costs, and physical accessibility. This challenge mainly revolves around the basic needs of connectedness, independence, and control. The macro changes playing a role are migration (increasing number of people to be transported) and aging (more people wanting to travel independently but requiring extra assistance – particularly in digital and physical aspects). Therefore, more space and special assistance will be needed for a growing group of travellers.
The group proposed focusing more on 'micro public transport' and 'on-demand public transport' and making bus and train compartments more flexible. This would make people less dependent on a rigid system and travel environment. The group argued that air travel can serve as an example, where you can specify exactly where you want to sit, whether you need extra space, and if you require extra assistance. These needs deserve more attention in public transport as well. This can be tested with prototypes in train cars and buses and is intended for the target groups: the elderly, people with disabilities, and parents with young children.
Staff Shortages in Public transport
The challenge of 'staff shortages in public transport' is reflected in developments such as cancelled schedules, high work pressure, high absenteeism, strikes, and less social control in public transport (due to less staff). The basic needs affected by this challenge are the need for social status, financial security (for the driver), and a pleasant, healthy workplace. Macro changes playing a role include the large number of job opportunities in other sectors, increasing aggression and hardening in society, worsening public perception of public transport, and aging. As a result, working in public transport has become less prestigious, less safe, relatively less well-paid, and there is little influx of new, young employees.
The group proposed a campaign to improve the image of working in public transport. Currently, too few people choose this profession. However, with campaigns similar to those by the Defense Department, it could be made trendy and attractive again. Influencers or famous Dutch people could also play a role in this. The target audience to be enthused includes young starters and people considering a career switch.
The Growing Demand for public transport
Finally, the third group presented their worksheet regarding the challenge of the growing demand for public transport (and the decline in public transport investments). This is reflected in the decline in service quality, travel options, and the fact that less equipment is available. This affects the basic needs of comfort, connection, and being able to be oneself). Macro changes exacerbating these challenges include the decreasing space for mobility, individualization as a societal development, and increasing travel costs. This leads to a kind of public transport anxiety, aversion, and aggression, which is already happening and is only getting worse, the group noted.
The group proposed recognizing the societal role of public transport more, which would lead to more respect and funding. We should also further 'de-peak' travel times by better aligning telecommuting days or departure times for employees. This can be tested with pilots in specific (travel) areas or with large employers. The target audience can be seen as all travellers together.
Follow-Up
Joaquim will use the presented analyses and solutions as inspiration for further research and use the feedback on the method and workshop to improve such sessions in the future. Enthusiastic participants also wanted to use this method for sessions with students and international delegations, illustrating its success!
During the upcoming Knowledge- and Demo Day, we will have another session on mobility with a similar approach, but this time we will work with the scenario studies made by the Province of North Holland. Thinking about the future using trends, scenarios, and moonshots is essential in every domain, especially when done with a diverse group and maintaining connection.
Ondernemers met duurzame oplossingen gezocht voor aanbesteding
De aanbesteding Scale Up Toekomstbestendige kunstgrasvelden is gepubliceerd. Met het project dagen de gemeenten Amsterdam en Haarlem ondernemers uit om duurzame oplossingen op kunstgras sportvelden toe te passen. De inschrijving hiervoor sluit op 17 juni 2024 om 14.00 uur.
De genoemde gemeenten zijn op zoek naar partijen met innovaties op het gebied van: duurzame energie, klimaatadaptie, circulariteit of slim en schoon bouwen. De duurzame oplossingen willen ze vervolgens toepassen bij de vervanging en nieuwe aanleg van kunstgras sportvelden. Naar verwachting staan er de komende tien jaar meer dan 200 velden op het programma. Hiermee wordt verwacht een grote bijdrage te leveren aan de doelstelling van de gemeenten Amsterdam en Haarlem om in 2050 een klimaatneutrale stad te zijn.
Doe mee!
Doe mee met dit project en schrijf je in voor de aanbesteding op Mercell.
Kijk voor meer informatie op de website van het project of stel je vraag door een e-mail te sturen naar sportveldvandetoekomst@amsterdam.nl.
Disclaimer: Het project wordt medegefinancierd door het LIFE Programme van de Europese Unie. Noch de Europese Unie, noch de subsidieverlenende autoriteit kan voor de inhoud van het project verantwoordelijk worden gehouden. Aan dit artikel kunnen geen rechten worden ontleend, de aanbestedingsdocumenten zijn leidend.
Outdoor Office Day - Connect with nature & be active outdoors during working hours.
On June 13th 2024 we will celebrate the 6th edition of the international Outdoor Office Day. It’s an open invitation to take your work outside. Please make use of the urban nature around your office. Use your working day to be active outdoors and increase vitality.
This year’s theme is 'Connecting with each other’. This means you can connect with your direct colleagues, colleagues from other departments, neighbours, or external relations. Please make the effort on Thursday 13th June to go outside in the vicinity of your workplace or office. Work in the urban nature and notice the difference.
Please join the growing network of individuals and companies that take their work outside more and more often. Get inspired whilst you spend time surrounded by urban nature. This enhances new and meaningful relationships, stimulates the flow of good ideas and supports the forging of valuable collaborations.
Demoday #23 Knowledge Session: An Introduction to Socratic Design
During our 23rd Demo Day on April 18, 2024, Ruben Polderman told us more about the philosophy and method of Socratic Design. It's important for a city to collectively reflect on a good existence. Socratic Design can be a way to think about this together, collectively.
Thinking and Acting Differently with Socratic Design
Together with his colleagues at the Digitalization & Innovation department of the Municipality of Amsterdam, Ruben explored how a city should deal with innovation and digitalization. Things were progressing well. The municipality could act swiftly; for example, promising Smart Mobility research and innovation projects were initiated with new partners. However, the transitions are heading in various directions, and progress remains limited. No matter how groundbreaking innovation is, there's a danger in trying to solve problems with the same mindset that caused them. The ability to perceive or think differently is therefore crucial. More crucial, even, than accumulated knowledge, as filosopher David Bohm suggested.
Through Socratic Design, we can collectively improve the latter. You work on your own presuppositions, enhance your listening skills, and deepen your understanding of our current dominant narratives to create new narratives and practices. Ruben guided us through examples and exercises to help us understand what narratives and presuppositions entail.
Narratives
"We think we live in reality, but we live in a narrative," Ruben proposes to the group. What we say to each other and how we interact creates a culture that shapes the group and its actions. Narratives are stories that guide our culture, values, thoughts, and actions. They are paradigms so deeply rooted that we no longer question them and sometimes believe there is no alternative. Our current dominant narrative has significant consequences for the Earth and humanity, and although it seems fixed, we can also create new narratives together if we choose to do so.
We must fundamentally seek a good existence within safe ecological boundaries. This should go beyond the transitions we are currently favouring, which sustain our lifestyle but just make it less harmful for the environment. If we want to create new stories with new, positive human perceptions and lifestyles, we must first examine our current narrative and presuppositions. We will need to deconstruct our current ways of living and thinking, much like the Theory U method mentioned during the previous Knowledge Session (see our recap article of this session).
Understanding Presuppositions
Ruben showed us various themes and images to collectively practice recognizing presuppositions. For example, a photo of a medical patient and doctors in action demonstrates that our feeling of "to measure is to know" is also crucial in healthcare. The doctors focus on the screen, the graph, the numbers, and therefore have less focus on the patient; the human, themselves. A photo of the stock market, where a group of men is busy trading stocks, also illustrates our idea of economic growth. Here too, there is a fixation on numbers. Ideally, they're green and going up, but meanwhile, we can lose sight of what exactly we're working towards and what exactly it is that we’re ‘growing’.
As a group, we discussed some presuppositions we could find in our field of work. For example, we talked about our need for and appreciation of objective data, and technologism; the belief in solutions rooted in technology and digitalization.
Fundamental Presupposition Shifts and New Narratives
If you flip a presupposition like Technologism and suggest that Social Interaction could be our salvation and solution to many of our problems, you set off a fundamental presupposition shift. If you translate this into practical actions or experiments, you can collectively understand how a newly created presupposition functions. As a group, we worked on this. During this session, I myself worked with an example from the field of mobility.
If I were to apply this new presupposition in the field of mobility and we look at the development of cars, perhaps we shouldn't go towards autonomous vehicles (technologism), but look for ways to motivate and strengthen carpooling (social interaction). As an experiment, you could, for example, set up an alternative to the conventional car lease plan. Employees of an organization don't all get the option to lease a car; instead, it's considered who could commute together, and there's a maximum of 1 car for every 4 employees per organization. Just like going to an away game with your soccer team on Sundays as a kid; enjoyable!
Read More
This session was an introduction and gave us a good initial understanding of this philosophy and method, but there's much more to discover. The method also delves into how presuppositions are deeply rooted in us, how we validate this with feeling in our bodies, and dialogue methods to collectively arrive at new values and narratives. There's more explained about Socratic Design on Amsterdam's Open Research platform.
Will the 15-minute city cause the US suburbs to disappear? 6/7
Urbanisation in the US is undergoing major changes. The image of a central city surrounded by sprawling suburbs therefore needs to be updated. The question is what place does the 15-minute city have in it? That is what this somewhat longer post is about
From the 1950s, residents of US cities began moving en masse to the suburbs. A detached house in the green came within reach for the middle and upper classes, and the car made it possible to commute daily to factories and offices. These were initially still located in and around the cities. The government stimulated this development by investing billions in the road network.
From the 1980s, offices also started to move away from the big cities. They moved to attractive locations, often near motorway junctions. Sometimes large shopping and entertainment centres also settled there, and flats were built on a small scale for supporting staff. Garreau called such cities 'edge cities'.
Investors built new suburbs called 'urban villages' in the vicinity of the new office locations, significantly reducing the distance to the offices. This did not reduce congestion on congested highways.
However, more and more younger workers had no desire to live in suburbs. The progressive board of Arlington, near Washington DC, took the decision in the 1980s to develop a total of seven walkable, inclusive, attractive and densely built-up cores in circles of up to 800 metres around metro stations. In each was a wide range of employment, flats, shops and other amenities . In the process, the Rosslyn-Balston Corridor emerged and experienced rapid growth. The population of the seven cores now stands at 71,000 out of a total of 136,000 jobs. 36% of all residents use the metro or bus for commuting, which is unprecedentedly high for the US. The Rosslyn-Balston Corridor is a model for many other medium-sized cities in the US, such as New Rochelle near new York.
Moreover, to meet the desire to live within walking distance of all daily amenities, there is a strong movement to also regenerate the suburbs themselves. This is done by building new centres in the suburbs and densifying part of the suburbs.
The new centres have a wide range of flats, shopping facilities, restaurants and entertainment centres. Dublin Bridge Park, 30 minutes from Columbus (Ohio) is one of many examples.
It is a walkable residential and commercial area and an easily accessible centre for residents from the surrounding suburbs. It is located on the site of a former mall.
Densification of the suburbs is necessary because of the high demand for (affordable) housing, but also to create sufficient support for the new centres.
Space is plentiful. In the suburbs, there are thousands of (semi-)detached houses that are too large for the mostly older couples who occupy them. An obvious solution is to split the houses, make them energy-positive and turn them into two or three starter homes. There are many examples how this can be done in a way that does not affect the identity of the suburbs (image).
New construction in suburbs
This kind of solution is difficult to realise because the municipal authorities concerned are bound by decades-old zoning plans, which prescribe in detail what can be built somewhere. Some of the residents fiercely oppose changing the laws. Especially in California, the NIMBYs (not in my backyard) and the YIMBYs (yes in my backyard) have a stranglehold on each other and housing construction is completely stalled.
But even without changing zoning laws, there are incremental changes. Here and there, for instance, garages, usually intended for two or three cars, are being converted into 'assessor flats' for grandma and grandpa or for children who cannot buy a house of their own. But garden houses are also being added and souterrains constructed. Along the path of gradualness, this adds thousands of housing units, without causing much fuss.
It is also worth noting that small, sometimes sleepy towns seem to be at the beginning of a period of boom. They are particularly popular with millennials. These towns are eminently 'walkable' , the houses are not expensive and there is a wide range of amenities. The distance to the city is long, but you can work well from home and that is increasingly the pattern. The pandemic and the homeworking it has initiated has greatly increased the popularity of this kind of residential location.
All in all, urbanisation in the US can be typified by the creation of giant metropolitan areas, across old municipal boundaries. These areas are a conglomeration of new cities, rivalling the old mostly shrinking and poverty-stricken cities in terms of amenities, and where much of employment is in offices and laboratories. In between are the suburbs, with a growing variety of housing. The aim is to create higher densities around railway stations. Besides the older suburbs, 'urban villages' have emerged in attractive locations. More and more suburbs are getting their own walkable centres, with a wide range of flats and facilities. Green space has been severely restricted by these developments.
According to Christopher Leinberger, professor of real estate and urban analysis at George Washington University, there is no doubt that in the US, walkable, attractive cores with a mixed population and a varied housing supply following the example of the Rosslyn-Ballston corridor are the future. In addition, walkable car-free neighbourhoods, with attractive housing and ample amenities are in high demand in the US. Some of the 'urban villages' are developing as such. The objection is that these are 'walkable islands', rising in an environment that is anything but walkable. So residents always have one or two cars in the car park for when they leave the neighbourhood, as good metro or train connections are scarce. Nor are these kinds of neighbourhoods paragons of a mixed population; rents tend to be well above the already unaffordable average.
The answer of the question in the header therefore is: locally and slowly
OPEN CALL Placemaking Week Europe 2024
Get ready for an exciting experience at the 7th Annual Placemaking Week Europe (PWE) in Rotterdam, Netherlands, from September 24-27, 2024! 🚀
Join us as we co-create an unforgettable programme! Do you have a game-changing project, research, or workshop to share? We want to hear from you!
This year’s festival revolves around four compelling themes:
1. Creating Place & Making It Last
2. Climate Adaptation: Together Towards Change
3. Living with Water: The Flow of the City
4. Local Power & The Battle for Space
Submit your proposals by May 19, 2024, and shape the future of urban spaces with us! Don’t miss out on this opportunity to make a difference! Join us in Rotterdam and let’s build better cities, one idea at a time! ✨
You can find all the open call info and application instructions here.
More information about PWE'24 on our official website.
Highlights from the Intelligent Cities Challenge Implementation Lab
From March 4 to April 5, Amsterdam Smart City (ASC) collaborated with international peers from 77 cities across Europe in a series of online knowledge and inspiration sessions during the Intelligent Cities Challenge (ICC) Implementation Lab. The focus was on sharing best practices and building knowledge for implementing Local Green Deals (LGDs) to accelerate the transformation towards sustainability based on the principles of good governance, policy integration, partnership with local stakeholders.
Colleagues, partners, and experts from the Amsterdam Smart City network shared insights in several thematic and training sessions, including:
• Mobility & Transport Thematic Session: Pelle Menke shared the approach and lessons from ASC's Mobility Justice Challenge, while Diederik Basta introduced the City of Amsterdam's participation in the Gemini project, supporting residents in starting local, shared mobility cooperatives through a "Mobility as a Commons" (MaaC) approach.
• Local Green Deals Training Session: Egon van Wees presented Amsterdam's experience in setting up nine Impact Deals with social enterprises under the CLIMAA Local Green Deals project. The evaluation indicates that these deals have resulted in the creation of 105 jobs for people with barriers to the labor market and a reduction of 92 tonnes of CO2 emissions. Amsterdam, in collaboration with Aalborg (Denmark), also developed a framework now utilized by other cities in setting up similar Impact Deals.
• Social Economy Thematic Session: Frits Verhoef shared lessons from his involvement in two local energy cooperatives, including the pioneering work of NDSM-Energie in developing a 15MW wind park in the NoorderIJplas area, highlighting various financial and political barriers yet to be overcome. Frits also his work with MeerEnergie, a cooperative aiming to establish a heating network owned by local residents in the Watergraafsmeer district of Amsterdam, utilizing waste heat from nearby data centers.
What's Next?
Amsterdam Smart City is excited to host the ICC network in Amsterdam for a Mobility Field Visit in May, showcasing best practices for public-private collaboration in sustainable and smart mobility. We also look forward to connecting with ICC peers in person during the upcoming ICC conference in Porto in June.
More Information
For further details about the Implementation Lab and upcoming ICC activities, visit the ICC website: https://www.intelligentcitieschallenge.eu/events/icc-implementation-lab-1
Stakeholders in the Amsterdam Region interested in more information or wishing to connect to the ICC network during upcoming labs or other similar sessions can reach out to ASC International Liaison via cornelia@amsterdamsmartcity.com
The '15-minute principle' also applies to rural areas (4/7)
Due to a long stay in the hospital, I was unable to post my columns. I also cannot guarantee their continuity in the near future, but I will do my best...
In my previous post, I emphasised that urban densification should be coordinated with other claims on space. These are: expanding blue-green infrastructure and the desire to combine living and working. I am also thinking of urban horticulture. It is therefore unlikely that all the necessary housing in the Netherlands - mentioned is a number of one million housing units - can be realised in the existing built-up area. Expansion into rural areas is then inevitable and makes it possible to improve the quality of these rural areas. Densification of the many villages and small towns in our country enable to approach them from the '15-minute principle' as well. Villages should thereby become large enough to support at least a small supermarket, primary school and health centre, but also to accommodate small businesses. A fast and frequent public transport-connection to a city, to other villages and to a railway station in the vicinity is important.
A thorny issue is the quality of nature in the rural area. Unfortunately, it is in bad shape. A considerable part of the rural area consists of grass plots with large-scale agro-industrial use and arable land on which cattle feed is grown. Half of the Netherlands is for cows, which, incidentally, are mostly in stalls. Restoring nature in the area that is predominantly characterised by large-scale livestock farming, is an essential task for the coming decades.
The development of sufficiently dense built-up areas both in cities and villages and the development of new nature around and within those cities and villages is a beckoning prospect. This can be done by applying the idea of 'scheggen' in and around medium-sized and large cities. These are green zones that penetrate deep into the urban area. New residential and work locations can then join the already built-up area, preferably along existing railway lines and (fast) bus connections. These neighbourhoods can be built in their entirety with movement on foot and by bicycle as a starting point. The centre is a small densely built-up central part, where the desired amenities can be found.
In terms of nature development, depending on the possibilities of the soil, I am thinking of the development of forest and heath areas and lush grasslands, combined with extensive livestock farming, small-scale cultivation of agricultural and horticultural products for the benefit of nearby city, water features with a sponge function with partly recreational use, and a network of footpaths and cycle paths. Picture above: nature development and stream restoration (Photo: Bob Luijks)
Below you can link to my free downloadable e-book: 25 Building blocks to create better streets, neighborhoods and cities
Floating Urban Development Challenge; Co-creating imaginable, workable and attractive scenarios
Due to lack of space and climate change, the future of living might need to partly move on to water areas. In our history of conquering the water, the Dutch have a head start in some of the challenges associated with living on- and with water. Researchers and designers are therefore imagining and conceptualizing floating urban development. However, to make it a truly realistic and imaginable future scenario, there are more hurdles to overcome. To realize floating neighborhoods, we’ll need to find solutions for more than only the technical aspects, like; financing, community support, ecological aspects, affordability and political support.
Overcoming these barriers will be difficult. We’re currently focusing on urgent (housing)crises and our collective belief on urban development is mainly focused on ‘family apartments on land’. This challenge revolves around creating imaginable and workable scenarios of urban development on water.
Data Dilemma's verslag: Data voor leefbare straten, buurten en steden
Hoe zetten we Data in voor leefbare straten, buurten en steden? En heb je die datasets echt zo hard nodig? "Of heb je de bewoner al voor je, kun je aan tafel, en kun je gewoon samen van start gaan met een idee?" (aldus Luc Manders).
Op 29 februari kwamen we in een volle Culture Club (Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten) bijeen om het te hebben over Data en Leefbare Wijken. In een fijne samenwerking met onze partner Hieroo en SeederDeBoer nodigden we verschillende sprekers en onze communities uit op het Marineterrein Amsterdam.
Leefbare wijken op de kaart en het visueel maken van data.
Sahar Tushuizen en Martijn Veenstra (Gemeente Amsterdam) namen verschillende kaarten mee om ons te laten zien hoe visuele data weergaven worden ingezet bij het maken van verstedelijkingsstrategieën, omgevingsvisies en beleid.
Een stad is opgebouwd uit verschillende wijken en gebieden. Simpel gezegd; in sommige wijken wordt vooral ‘gewoond’, in andere gebieden vooral gewerkt, en in sommige wijken vindt er een mooie functiemenging plaats. Samen zorgt dit voor een balans, en maakt het de stad. Maar vooral de wijken met een functiemix maken fijne wijken om in te leven, aldus Sahar en Martijn. Door de spreiding van functies visueel te maken met kaarten kan je inzichtelijk maken hoe het nu is verdeeld in Amsterdam, en inspelen op de gebieden waar functiemenging misschien wel erg achterloopt. Stedelijke vernieuwing is uiteindelijk ook een sociaal project. Het gaat niet alleen over stenen plaatsen, we moeten het ook koppelen aan bereikbaarheid en/van voorzieningen.
Sahar en Martijn gebruiken hun kaarten en gekleurde vlekken om de leefbaarheid van wijken terug te laten komen in Amsterdamse visies. Maar de kaarten vertellen niet het hele verhaal, benoemen ze op het einde van hun presentatie. “We gaan ook in gesprek met inwoners hoe functies en buurtactoren worden ervaren en gewaardeerd”. Dit maakte een mooi bruggetje naar de volgende twee sprekers.
Welzijnsdashboard.nl
Hebe Verrest (Professor aan de Universiteit van Amsterdam) nam ons daarna mee in het verhaal van welzijnsdashboard.nl. Een samenwerkingsproject tussen Amsterdamse buurtbewoners (Venserpolder) en onderzoekers van de UvA.
Dit project vond haar oorsprong in twee ontwikkelingen: Er zijn de bewoners die zich niet altijd kunnen herkennen in het beeld dat over hun wijk en economisch welzijn bestaat, en zich niet gehoord voelen in verbeterprocessen in hun eigen omgeving. En dan zijn er ook de wetenschappers die merkten dat data over levens vaak nauw economisch gestuurd is. De data en het meten ervan gebeurt op een hoog schaalniveau, en dus vroegen onderzoekers zich af hoe je op lokale schaal kunt meten met meetinstrumenten die van nature democratischer zijn.
Onderzoekers van de UvA en bewoners van de wijk Venserpolder (Amsterdam Zuid-Oost) creëerden daarom samen een dashboard. De bewoners mochten meedenken wat het dashboard allemaal voor functies had, en het belangrijkste; ze mochten samen de variabele indicatoren bedenken die ze van belang vonden voor de buurt. Met behulp van de samengestelde indicatoren konden ze hun (persoonlijke) ervaringen vertalen naar data over de leefbaarheid en staat van hun buurt. De bewoners ervaarden meer zeggenschap en gehoor, en werden steeds beter in het werken met het dashboard en het vertalen van persoonlijke ervaringen naar wat algemenere data. De onderzoekers leerden met het dashboard over het ophalen van subjectieve, maar bruikbare data. En ten slotte was het voor beleidsmedewerkers en experts een mooie middel om een mix van ‘verhalen uit de buurt’ en abstractere data te verkrijgen.
Het project loopt nog steeds en zal worden toegepast op verschillende buurten. Voor nu sloot Hebe haar presentatie af met een belangrijke learning: "Wat de bewoners belangrijke variabelen vinden, lijken ook die te zijn waar een probleem speelt".
Van data naar datum
Ten slotte hield Luc Manders (Buurtvolk) een inspirerend pleidooi over zijn ervaringen met interventies in kwetsbare wijken. Hoewel data zeker bruikbaar kan zijn voor het signaleren en voorspellen van problemen, wilde hij het publiek tonen dat het uiteindelijk vooral gaat om het in gang zetten van een dialoog en interventie, samen mét de buurtbewoners.
Data kan zeker bruikbaar zijn voor het signaleren en voorspellen van problemen. Het in kaart brengen van risico’s in wijken kan ons tonen waar actie nodig is, maar uiteindelijk gaat leefbaarheid en welzijn over een geleefde werkelijkheid. Het gevaar is dat we blindstaren op data en kaarten en dat we de kaarten ‘beter’ maken, in plaats van iets echt in gang zetten in de wijk zelf. Want ook daar waar de cijfers verbetering aangeven, kunnen nog steeds dingen spelen die we niet weten te vangen met onze data en meetinstrumenten.
Luc noemde zijn presentatie daarom ‘Van data naar datum’. We zouden het iets minder mogen hebben over data, en het méér moeten hebben over de datum waarop we van start gaan met een project, een initiatief of een dialoog met buurtbewoners. Het liefst gaan we zo snel mogelijk met de bewoner aan tafel en zetten we iets in gang. Het begint bij het delen van verhalen en ervaringen over de situatie in de wijk, deze gaan verder dan cijfers die hoogover zijn opgehaald. Dan kan er samen met de bewoners worden nagedacht over een interventie die de wijk ten goede zou komen. Luc benadrukte hierbij ook dat we nog in te korte termijnen denken. Projecten van 2 jaar en professionals die zich 2 jaar in een wijk vastbijten vinden we al een mooie prestatie. Maar interventies in het sociaal domein hebben langer nodig. We zouden moeten denken in investeringen van bijvoorbeeld 10 jaar, zo kunnen we samen met bewoners meer leren van elkaar en meer vertrouwen op bouwen, en hoeven we niet steeds het wiel opnieuw uit te vinden.
Luc deelde ervaringsvoorbeelden, waarbij kleine interventies positieve bij-effecten in gang zetten, en moedigde het publiek aan: "Kosten en investeringen zullen aan de voorkant komen en blijven. Maar blijf het langdurig doen, leer samen met de bewoners, en denk aan het sneeuwbaleffect dat kleine interventies in gang zetten".
Dank aan de sprekers voor hun verhalen en het publiek voor de levendige discussies na afloop. Wil je bij onze volgende Data Dilemma's zijn? De volgende editie van deze serie open events vindt plaats op 30 mei. Het onderwerp en de sprekers worden binnenkort bekendgemaakt via ons platform en LinkedIn. Tot dan!
ESG in de publieke sector: benut de EU duurzaamheidsagenda
Gebruik deze als kapstok voor uw strategie
De kracht van een integrale strategie die financiën, mens en milieu met elkaar in balans brengt. Duurzaamheid is de nieuwe norm. Veel organisaties hebben duurzaamheid reeds een plek gegeven in hun strategie. Maar hoe zorgt u dat u tot een integrale strategie en juiste verantwoording komt? De standaarden die de EU zet op het gebied van duurzaamheid, vanuit haar ambitie om de EU een duurzame regio te laten zijn in 2050, geven de mogelijkheid om als publieke instelling relevante duurzaamheidsthema’s te selecteren en prioriteren tot een integrale strategie en een heldere verantwoording. In aansluiting op de wensen en verwachtingen van alle stakeholders.
De meerwaarde van ESG voor uw organisatie
Onze maatschappij verlangt steeds sterker van organisaties dat zij hun financiële resultaten in balans brengen met hun sociale belangen en het milieu. In antwoord hierop heeft de EU de Green Deal vastgesteld, die de regio duurzaam moet maken op basis van vijf milieuthema’s (klimaat, vervuiling, water, biodiversiteit en circulariteit). Om daarop te kunnen sturen heeft de EU ook richtlijnen voor verslaggeving vastgesteld, de zogenoemde Corporate Sustainability Reporting Directive (hierna CSRD) vastgesteld. Uit deze richtlijn zijn de European Sustainability Reporting Standards (ESRS) voortgekomen. Deze standaarden bieden handvatten voor hoe een organisatie zich op het gebied van milieu (Environment), mens (Social) en bestuur (Governance) kan verantwoorden.
De EU-standaarden bieden publieke organisaties de kapstok om duurzaamheid een integraal onderdeel te maken van de organisatiestrategie en voorop te (blijven) lopen in de beweging. De ESRS zijn weliswaar primair gericht op verslaggeving, maar bieden ook een mooi afwegingskader voor bestuurders en management bij het maken van strategische keuzes. Daarmee bereidt u zich voor op een toekomst waarin organisaties nadrukkelijker worden gevraagd om een positieve impact op mens, milieu en maatschappij te maken en waarin bepaalde duurzaamheidsontwikkelingen (zoals klimaatverandering) risico’s kunnen gaan vormen voor uw organisatie.
Welke verplichtingen gelden voor publieke instellingen?
Iedere publieke instelling krijgt naar verwachting te maken met eisen op het gebied van duurzaamheid en transparantie daarover. Hetzij omdat dit verplicht wordt in Nederlandse wetgeving, dan wel doordat uw stakeholders u om verantwoording gaan vragen. Zo zal bijvoorbeeld uw bank bij het verstrekken van financiering naar verwachting u bevragen over het effect van de verstrekte lening op mens, milieu en maatschappij. Een bank heeft namelijk de verplichting te rapporteren over de duurzaamheid van haar portefeuille.
"Het is zo goed als zeker dat publieke organisaties gevraagd gaan worden zich te verantwoorden over duurzaamheid"
De weg naar een integrale strategie en heldere ESG-rapportage
Onderstaande roadmap vertelt hoe u in 7 stappen tot een integrale strategie en verantwoording kan komen. Het vormgeven van een integrale strategie - waarin duurzaamheid een prominente plek inneemt - en u als organisatie hierover kunnen verantwoorden, is een proces dat niet alleen afstemming behoeft met de stakeholders, het vraagt ook om inbedding in alle processen van het bedrijf – en dat komt met de nodige inspanning en doorlooptijd. Wij adviseren u dan ook om hiermee tijdig aan de slag te gaan.
Essentieel is allereerst te bepalen wie hiervoor verantwoordelijk is binnen uw organisatie (stap 1). Om vervolgens te beoordelen op welke duurzaamheidselementen uw organisatie een significante impact heeft (stap 2). Wanneer sprake is van een significante impact noemen we dat ook wel ‘materiële impact’.
Hoe bepaalt u op welke onderdelen uw impact materieel is?
Welke duurzaamheidsthema’s relevant zijn, wordt bepaald door de aard van uw activiteiten, de behoeften van de belanghebbenden van uw organisatie op dit vlak én uw eigen ambitie en beleid.
Uw stakeholders, zowel intern als extern, kunnen belangrijke informatie geven in de materialiteitsanalyse over de duurzaamheidsthema’s waar uw organisatie het verschil maakt. Zij zijn echter niet allesbepalend. U kent zelf uw organisatie het beste en de aanwezige expertise binnen uw organisatie is ook zeker van belang om te bepalen waar de belangrijkste thema’s liggen. Uiteindelijk bepaalt u als management welke thema’s u zich op richt, op basis van de verkregen input en aangevuld met uw eigen strategische keuzes.
Een materialiteitsanalyse is tweeledig: u kijkt niet alleen naar de impact van de organisatie op de omgeving, maar ook naar de financiële impact van duurzaamheidsthema’s op de organisatie. Als u bijvoorbeeld denkt aan vervoersbewegingen - en daarmee samenhangende uitstoot - die uw dienstverlening teweegbrengt, dan is niet alleen de vraag hoe groot de invloed van die uitstoot is op de omgeving, maar ook wat er gaat veranderen door bijvoorbeeld regelgeving. Komt er bijvoorbeeld regelgeving die uitstootreductie verplicht en betekent dat dat elektrisch vervoer de standaard wordt? Dan kan dat belangrijke financiële impact hebben op de waarde en levensduur van uw huidige vervoersmiddelen.
"Met input van uw stakeholders en experts bepaalt u in een materialiteitsanalyse de duurzaamheidsthema’s waar uw organisatie het verschil maakt."
In een volgende publicatie zullen we dieper ingaan op stappen 3 t/m 7.
Waag Open: de zachte atlas (workshop door Jan Rothuizen)
Kom in de prille lente naar een speciale editie van Waag Open en breng je leefomgeving in kaart aan de hand van de unieke blik van Jan Rothuizen.
Hoe navigeer jij je door de stad? Laat jij je leiden door Google Maps of word je nog wel eens verrast door een afslag naar het onbekende? Tijdens deze lente-editie van Waag Open verkennen we gezamenlijk de verbeelding van cartografie aan de hand van de unieke blik van beeldend kunstenaar Jan Rothuizen. Hoe ziet de plattegrond van jouw leven eruit?
In het boek De Zachte Atlas (2013) neemt Jan Rothuizen je met zijn visuele vertellingen mee naar zijn ontdekkingsreis door Amsterdam, waarbij hij de traditionele atlas opnieuw definieert. In plaats van harde grenzen en feitelijke kaarten, omarmt Rothuizen het persoonlijke en het menselijke. Zijn tekeningen nemen je mee naar onverwachte plekken, waar de realiteit zich vermengt met verbeelding. De tekeningen nemen je mee op pad en dagen je uit om de wereld met nieuwe ogen te zien. Deze avond deelt Rothuizen zijn kennis over ‘de kunst van observeren’ en ga je zelf aan de slag met het maken van een atlas over jouw leefomgeving en persoonlijke perspectieven.
Kom naar Waag open voor een boeiende avond vol verhalen, kunst en reflectie op de manier waarop we de wereld om ons heen ervaren.
Programma
19:15 uur | Deur open
19:30 - 19:40 uur | Welkom & introductie door Imme Ruarus
19:45 - 20:30 uur | Lezing door Jan Rothuizen
20:30 - 21:30 uur | Workshop kaarten maken door Jan Rothuizen
21:30 - 22:00 uur | Napraat & borrel & boekverkoop 'De Zachte Atlas'
Let op: Beperkt aantal plaatsen beschikbaar, dus meld je snel aan!
Over Jan Rothuizen
Jan Rothuizen (1968) is beeldend kunstenaar. Zijn tekeningen zijn in het Engels, Spaans en Chinees vertaald. Hij toont zijn werk met grote regelmaat in binnen- en buitenland, op filmfestivals, in musea en galeries. Hij is de vaste tekenaar van het Rijksmuseum en maakte de interactieve bekroonde documentaire Refugee Republic. Zijn tekeningen verschijnen maandelijks in de Volkskrant.
Waag Open
Elke eerste donderdagavond van de maand opent Waag haar deuren! Kom langs om te discussiëren en te doen. Want we gaan niet alleen in discussie over maatschappelijke thema's en de toekomst – je leert daarnaast ook altijd iets praktisch. Iets dat je altijd al hebt willen uitproberen, zoals de 3D-printer in het FabLab, of juist iets dat je nooit had verwacht, zoals uitpluizen hoe DNA in elkaar zit in ons biotech-lab. Waag Open vindt plaats in de maakplaatsen op de eerste en tweede verdieping van het historische Waaggebouw op de Nieuwmarkt.
Toegankelijkheid
Omdat het Waag-gebouw een beschermd monumentaal pand is, is het helaas niet voorzien van een lift. Dit evenement vindt plaats in de Makersguild op de eerste verdieping van het Waag-gebouw.
Mocht je krap bij kas zitten en wel graag aan dit evenement willen deelnemen, neem dan contact op met tanja [@] waag [punt] org.
Slimme Stad Parade 23 mei 2024
Er zijn zoveel smartcity-onderzoeken dat je soms de bomen door het bos niet meer ziet. En daarom brengen we op 23 mei 2024 in Utrecht alle bomen bij elkaar. Wil je weten welke innovatieve smartcity-onderzoeken er zijn die bijdragen aan een leefbare en slimme en sociale stad? Dan mag je de Slimme Stad Parade op 23 mei in het provinciehuis van Utrecht niet missen!
Tijdens dit unieke evenement krijg je de kans om kennis te maken met alle smartcity-onderzoeken in Nederland en Vlaanderen. Ontdek welke slimme wetenschappelijke onderzoeken er zijn voor het sociaal domein en hoe we de verstedelijkingsopgaven van de toekomst kunnen oppakken. En leer wat digitalisering en technologisering betekent voor de maatschappelijke opgaven van vandaag.
Dus, wil je weten welke smartcity-onderzoeken er zijn die bijdragen aan een betere wereld? Wil je het hele bos kunnen overzien? Kom dan naar de Slimme Stad Parade op 23 mei in het provinciehuis van Utrecht en laat je inspireren!
Programma (wijzigingen voorbehouden):
9.30 - Inloop
10:00 - Welkom bij de Slimme Stad Parade
10:10 - Dank voor de gastvrijheid
<strong>10:20 - Welkom in de Provincie Utrecht bij de Data en Kennishub Gezond Stedelijk Leven - Henri de Ruiter (DKH Gezond Stedelijk Leven)</strong>
10:30 - Pauze en zaalwissel
10:35 - 11:35 - Verdieping
In de Verdiepingszaal gaan we dieper in op de volgende stap van pitches 13, 14 en 15. We focussen in dit blok op het thema bestuur en organisatie.
10:35 - Monitoringsprogramma Cartesius - <em>Pitch 1 -</em> Marije Lammers (Universiteit Utrecht)
Het monitoren van de effecten van interventies in de leefomgeving (fysiek, sociaal en zorg) op de gezondheid en het welzijn van bewoners in Cartesius, een gebied waar ontzettend veel belangrijke thema's samenkomen (beweging, voeding, duurzaamheid, sociale cohesie etc.), maar ook waar veel verschillende partijen en expertises samenkomen op het gebied een gezonde leefomgeving. En waar de effecten van interventies en ontwerpkeuzes uitgebreid gemonitord gaan worden, als opzet voor een landelijk monitoringsprogramma.
10:50 - Emeralds: Extreme-scale Urban Mobility Data Analytics as a Service - <em>Pitch 2</em> - Sascha Hoogendoorn-Lanser MICD (TU Delft)
Steden beschikken vaak over veel gegevensbronnen over verkeersopstoppingen. De verwerking, analyse en het gebruik (bijv. voor context-afhankelijke voorspelling) wordt echter belemmerd door het gebrek aan toepasbare methoden en extreme dataverwerkingstools. EMERALDS zal deze uitdaging aangaan.
11:05 - GROUNDED in de Kien: Stadscampus Deventer - Pitch 3 - Meike Heijenk (Saxion)
De SPRONG-groep GROUNDED van lectoren van Saxion en De Haagse Hogeschool richt zich op het samengestelde, elkaar versterkende, inzicht van boven- én ondergrond. Van wonen en werken én de grond daaronder die we gebruiken voor landbouw, kabelwerk en opslag (legaal en illegaal). Informatie die antwoorden geeft op urgente vraagstukken voor steden en dorpen, ons omgaan met het klimaat en de ruimte voor duurzame energie, natuur en recreatie.
11:20 - De slimme, duurzame stad in beeld - <em>Pitch 4 -</em> Mike van Dijk <em>en Sonja Hulshoff ( Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat)</em>
Hoe operationaliseren we de blauwdruk van de G40 Smart City Groep 'Slimme, duurzame verstedelijking en mobiliteitsvernieuwing' naar een integraal dashboard van een stad, gebied of opgave? Slimme, duurzame verstedelijking en mobiliteitsvernieuwing raakt meerdere domeinen: ruimtelijke ontwikkeling/inrichting, wonen, energie, verkeer en mobiliteit, gezondheid, bouw, logistiek etc. Ieder domein kent zijn ambities, doelstellingen, indicatoren, richtlijnen, en data. Maar welke indicatoren zijn echt van belang voor besluitvorming van gemeenten en laten zien hoe een stad functioneert? Welke data, interoperabiliteit, informatie en toepassingen helpen bij het inzichtelijk maken en realiseren van de doelen op straat? Welke stad of gemeente kun je zijn? Het DMI-ecosysteem onderzoekt hoe dit beeld te operationaliseren.
11:35- Pauze en zaalwissel
11:50 - 12:50 - Verdieping
In de Verdiepingszaal gaan we dieper in op de volgende stap van pitches 1, 2, 3 en 4. We focussen in dit blok op het thema betere leefomgeving door gebruik van data.
11:50 -XCarCity - <em>Pitch 5</em> - Jacqueline Verbeek-Nijhof en Ruben Verbeeke (TNO)
De toenemende woningdichtheid en de afnemende ruimte voor vervoersinfrastructuur en privéparkeerplaatsen vormen een grote uitdaging voor de duurzame bereikbaarheid van stedelijke regio's. Potentiële slimme mobiliteitsoplossingen bestaan uit een flexibele combinatie van lopen en fietsen, elektrische deelvoertuigen, vervoersknooppunten, vracht, bezorging en verkeersmanagement – maar het ontbreekt ons aan de modelleringstools om deze oplossingen te testen. XCARCITY is een vijfjarig programma, vol met onderzoek en pilots, ontworpen om dat gat te dichten.
12:05 - Inwoners betrekken bij hun leefomgeving door het gebruik van een digital twin - <em>Pitch 6</em> - Arjun Snoep-Dellema (Gemeente Arnhem)
Binnen de gemeente Arnhem is onderzocht hoe digital twin toepassingen (bv. Virtual Reality of ArcGIS) ingezet kan worden bij projecten binnen de fysieke leefomgeving met burgerparticipatie. We zijn bij drie verschillende projecten aangesloten om de verschillen op het gebied van mobiliteit, woningbouw en vergroening via digital twin toepassingen beter inzichtelijk te maken aan inwoners. De hoofdvraag van het onderzoek luidt: In hoeverre zorgt het inzetten van digital twin toepassingen voor toegevoegde waarde binnen projecten van de gemeente Arnhem, en in het bijzonder bij projecten binnen de fysieke leefomgeving met een participatietraject?
12:20- Digital Society and the Quality of Urban Space - <em>Pitch 7 -</em> Paul Rutten <em>(Hogeschool Rotterdam)</em>
In het project Digital Society and the Quality of Urban Space staat de vraag centraal welk digitalisering heeft op de kwaliteit van leven in steden? Hoe beïnvloedt digitalisering gebruik en inrichting van stedelijke ruimte? Welke impact heeft digitalisering op publieke waarden in de stad? Hoe verschillen publieke digitale diensten daarin van commerciële? Wat is de rol en betekenis van bewoners en lokale overheden? Wat zijn de belangrijkste ontwikkelingen voor de toekomst?
12:35- Fijnstofonderzoek met scholieren op de snuffelfiets - <em>Pitch 8 -</em> Dorien Dorresteijn (GLOBE Nederland)
GLOBE Nederland zet projecten op, zodat leerlingen van middelbare scholen door heel Nederland meten aan hun leefomgeving. Zo maken ze bijvoorbeeld gebruik van de snuffelfiets om de fijnstof in kaart te brengen. In de provincie Utrecht doen al 22 scholen mee. We werken bij dit project samen met het RIVM en verschillende gemeentes en provincies, waaronder de provincie Utrecht.
12:50 - Netwerklunch
13:30 - Lezing na de lunch: Zo gebruik je kennis in je organisatie
Met ruim 10 jaar ervaring bij het Groene Brein weet Antoine Heideveld ondertussen wel hoe je wetenschap en onderzoek kan toepassen in je organisatie. Die inzichten deelt hij met ons.
14:00 - Pauze en zaalwissel
14:10 - 15:10 - Verdieping
In de Verdiepingszaal gaan we dieper in op de volgende stap van pitches 5, 6, 7 en 8. We focussen in dit blok op het thema betrekken van belanghebbenden.
14:10- Digitale veiligheid van smartcitysystemen - <em>Pitch 9 -</em> Willem Bantema (NHL Stenden Hogeschool)
Hoe digitaal veilig zijn gemeentelijke smart city toepassingen en welke concrete oplossingen en oplossingsrichtingen dragen bij aan het verbeteren van de digitale veiligheid van deze toepassingen?
<strong>14:25 - AI Compass: Adaptive Intelligence in Crowd Crisis Management through Al-Human Coordination and Ethical Practice</strong> - Pitch 10 - Sascha Hoogendoorn-Lanser MICD (TU Delft)
De combinatie van complexiteit, tijdsdruk en morele beslissingen is een flinke uitdaging in crisissituaties. Ai heeft een enorm potentieel om beslissingen bij crowd crises te ondersteunen. Het AI-COMPASS consortium, onder leiding van TU Delft, ontwikkelt real-time ondersteuningssystemen die rekening houden met context, gedrag en waarden.
14:40 - Moral Smart City - <em>Pitch 11 -</em> Jeroen de Vos (Fontys)
We bouwen in het Moral Smart City onderzoek aan een genuanceerde strategie om een breed debat te voeren over Slimme Stedelijke ontwikkelingen en inclusieve besluitvorming te bevorderen. Dit doen we door stedelijke ethische commissies, burgerparticipatie, lokale bestuursorganen en mediaorganisaties uit zeven Nederlandse steden aan elkaar te koppelen. We focussen hierbij op journalisten in –met name lokale - media willen graag de rol van ‘vierde macht’ vervullen rondom techno-ethische thema’s, maar vooralsnog ontbreekt het hen aan handvatten om dit op een meer verdiepende publieksgerichte manier te doen.
14:55 - AI ELSA-Lab Noord-Brabant - <em>Pitch 12 -</em> Ben Kokkeler (Avans Hogeschool)
Het AI ELSA-Lab Noord-Brabant is een innovatief samenwerkingsplatform waarin we toegepast onderzoek verrichten en kennis ontwikkelen met de burger, overheidsorganisaties en ondernemers als middelpunt. Het is een is een internationaal beproefde en wetenschappelijk onderbouwde methode om de ethische, juridische én maatschappelijke impact van concrete technologische toepassingen integraal te beoordelen. Deze geïntegreerde manier van kijken brengt kansen en risico’s in beeld, tijdens het ontwikkelproces en tijdens de invoering van AI toepassingen. Het disruptieve karakter van AI vraagt om nieuwe manieren van samenwerken. Hoe pak je dat als gemeente verantwoord aan in samenspel met burgers en ondernemers?
15:10 - Pauze en zaalwissel
15:25 - 16:10 - Verdieping
In de Verdiepingszaal gaan we dieper in op de volgende stap van pitches 9, 10, 11 en 12. We focussen in dit blok op het thema ethiek.
15:25 - Citizen Science projecten in de provincie Utrecht - <em>Pitch 13 -</em> Arjen Hof (Good City Sense)
De provincie Utrecht is koploper als het gaat om citizen science projecten, zoals Snuffelfiets, Telraam en Pientere Tuinen. In het onderzoek combineren we de ervaringen uit deze projecten tot een integrale aanpak.
15:40 – LIVE - <em>Pitch 14 -</em> Leon Hendriks <em>(AeroVision)</em>
Project LIVE heeft onderzocht en aangetoond dat door het combineren van diverse data een integraal beeld ontstaat dat helpt bij de besluitvorming. Door (beoogde) aanpassingen en scenario’s in de fysieke leefomgeving vooraf zichtbaar te maken in een 3D-omgeving, kan de impact op de leefbaarheid, waterhuishouding, biodiversiteit en zelfs woongeluk in beeld worden gebracht. Een slimme tool om afgewogen de juiste beslissingen te nemen en elke vierkante meter optimaal te benutten.
<strong>15:55 - Dit was de City Deal ‘Een slimme stad, zo doe je dat’</strong> - <em>Pitch 15 -</em> Jan-Willem Wesselink (Future City Foundation)
Na 5 jaar samenwerken wordt de City Deal in 2024 afgerond. Wat zijn de resultaten en hoe worden die geborgd in het DMI-ecosysteem?
16:10 - Afsluiting en einde
16:15 - Netwerkborrel
__________________________________________________
Datum: 23 mei 2024, 10.00 – 17.00 uur (inloop 10.00- 11.00 uur).
Locatie: Provinciehuis Utrecht (Archimedeslaan 6, 3584 BA Utrecht)
Kosten: Deelname aan de Slimme Stad parade is gratis
Meld je hieronder aan:
Curious about Symbiocene starterpack
What would the world look like if we lived in harmony with the other organisms around us? Step into the Symbiocene during the fourth edition of 'Curious about...'! A new era where nature is not just about humans, but where we become partners in coexistence. To get you started we’ve created a colourful collection of books, podcasts, initiatives, and films that will help you understand what the future could look like if Earth and Humanity heal their toxic ties.
#symbioceen #starterpack#curiousabout #alab #vandejong #werkaandewereld
Stay up to date
Get notified about new updates, opportunities or events that match your interests.